Staven in een wapeningsstaafgroep verdelen

U kunt selecteren hoe de wapeningsstaven in een staafgroep moeten worden verdeeld door de staafafstanden te wijzigen.

Als u de afstanden van staven in een wapeningsstaafgroep wilt wijzigen, u kunt het volgende doen:


Taak	Actie
De afstanden wijzigen met rechtstreekse wijziging	Zorg ervoor dat de knop Rechtstreekse wijziging actief is. Selecteer een wapeningsstaafgroep. Klik op de contextuele werkbalk op de knop Wijzig de afstanden . Versleep een handle naar de gewenste locatie.
De afstanden wijzigen met de Staafgroep-eigenschappen	Selecteer een wapeningsstaafgroep. Dubbelklik op de wapening om de Staafgroep-eigenschappen te openen. Selecteer in de sectie Verdeling een afstandsopties in de lijst Wijze van genereren. Voer de vereiste waarden in. Klik op Wijzig.

Afstandsopties in de lijst Creatiemethode:


Optie	Beschrijving	Voorbeeld
Gelijkmatige verdeling over het aantal wapeningsstaven	Voer het aantal wapeningsstaven in. Tekla Structures verdeelt de beschikbare afstand door middel van het aantal staven. Voer het aantal staven in het vak Aantal wapeningsstaven in.
Gelijkmatige verdeling over de geselecteerde afstand	Voer een afstandswaarde in. Tekla Structures probeert de tussenafstand zo dicht mogelijk bij de waarde in het vak Afstandwaarde doel te definiëren.
Met gefixeerde afstand en variabele eerste afstand	Voer de afstandswaarde in het vak Exacte waarde in. Hiermee maakt u vaste, regelmatige h.o.h. afstanden tussen de staven.De eerste afstand wordt gebruikt om de staven gelijkmatig te verdelen. Als de eerste afstand minder dan 10% van de exacte h.o.h. maat is, verwijdert Tekla Structures één staaf.
Met gefixeerde afstand en variabele laatste afstand	Voer de afstandswaarde in het vak Exacte waarde in. Hiermee maakt u vaste, regelmatige h.o.h. afstanden tussen de staven.De laatste afstand wordt gebruikt om de staven gelijkmatig te verdelen.
Met gefixeerde afstand en variabele midden afstand	Voer de afstandswaarde in het vak Exacte waarde in. Hiermee maakt u vaste, regelmatige h.o.h. afstanden tussen de staven.De middelste afstand wordt gebruikt om de staven gelijkmatig te verdelen. Als er een oneven aantal staven is (twee middenafstanden), wordt de andere middenafstand aangepast om de staven gelijkmatig te verdelen.
Met exacte h.o.h. maat en variabele begin- en eindmaat	Voer de afstandswaarde in het vak Exacte waarde in. Hiermee maakt u vaste, regelmatige h.o.h. afstanden tussen de staven.Zowel de eerste als de laatste afstand worden aangepast om de staven gelijkmatig te verdelen.
Met exacte afstand	Voer de afstandswaarden handmatig in het vak Exacte h.o.h.-maten in. Gebruik vermenigvuldiging om afstanden te herhalen, bijvoorbeeld `5*200` om vijf ruimte van `200` te maken.