Gebruikersattribuutwaarden importeren

Tekla Structures
2021
Tekla Structures

Gebruikersattribuutwaarden importeren

U kunt gebruikersattribuutwaarden (UDA) vanuit een tekstbestand in een model importeren. U kunt bijvoorbeeld een lijst met gefabriceerde of gecontroleerde merken importeren. U kunt ook bestaande waarden van gebruikersattributen wissen via attribuutimport.

U kunt attribuutwaarden in Tekla Structures-modelobjecten, tekeningen en enkele referentiemodelobjecten importeren (indien geconfigureerd, raadpleeg Gebruikersattributen (UDA´s) in referentiemodellen toevoegen). U definieert overeenkomende criteria voor de attribuutimport in het invoerbestand en u kunt daarnaast ook de importomvang beperken tot objecten die u in het model selecteert of tot referentiemodelobjecten.

Het invoerbestand kan het volgende zijn:

  • Geëxporteerd uit andere software.

  • Handmatig gemaakt met een standaard teksteditor, bijvoorbeeld Microsoft Kladblok.

  • Gemaakt vanuit Microsoft Excel door het bestand met het commando Opslaan als op te slaan naar de indeling Tekst (tab is scheidingsteken) (*.txt).

  • Een eenvoudige Tekla Structures-lijst met de onderdeel-GUID's en gebruikersattributen.

Opmerking:

Er zijn alternatieve manieren om gegevens in gebruikersattributen te importeren. Gebruikersattributen kunnen bijvoorbeeld worden gevuld wanneer u IFC-objecten importeert en deze naar oorspronkelijke Tekla Structures-objecten converteert. Er zijn ook verschillende extensies in Tekla Warehouse waarmee u gebruikersattribuutgegevens kunt wijzigen.

Structuur invoerbestand

U kunt gebruikersattribuutwaarden (UDA) in Tekla Structures-modellen importeren vanuit invoerbestanden die tekstbestanden met scheidingstekens zijn.

Scheidingstekens

Een scheidingsteken is een teken dat verschillende velden scheidt die zich op dezelfde regel bevinden. U kunt velden afscheiden met elk ASCII-teken dat niet verschijnt in de namen of waarden van de attributen die u importeert. U kunt meerdere alternatieve scheidingstekens in hetzelfde invoerbestand gebruiken. Veelvoorkomende scheidingstekens bevatten de komma, tab, puntkomma en spatie.

Veld- en waardedefinities

De eerste regel in het invoerbestand is een header die de velden voor de rest van het invoerbestand definieert. Alle andere regels in het invoerbestand bevatten de waarden voor de velden die u op de eerste regel hebt genoemd.

De eerste regel moet ten minste één sleutelveld bevatten dat de modelobjecten of tekeningen identificeert en ten minste één gebruikersattribuutnaam die een gebruikersattribuutveld identificeert waarin u nieuwe waarden wilt importeren. De namen van veel van de velden zijn anders dan de veldlabels die u in de gebruikersinterface ziet. De namen van de gebruikersattributen worden gedefinieerd in de bestanden objects.inp die op het model van toepassing zijn (raadpleeg de referentie over hoe het bestand moet worden gelezen).

Het configuratiebestand import_macro_data_types.dat (dat verderop wordt uitgelegd) definieert welke velden u in de attribuutimport kunt gebruiken en wat elk gegevenstype van het attribuut is. Het is niet mogelijk om de sleutelvelden toe te voegen of te wijzigen, maar u kunt de set met gebruikersattributen bewerken. De waarden worden als strings (tekst) geïmporteerd tenzij er in het bestand import_macro_data_types.dat een ander gegevenstype voor het attribuut wordt gedefinieerd.

Beschikbare sleutelvelden

De sleutelvelden voor modelobjecten zijn:

Sleutelveld

Voorbeeld

Actie

GUID

ID4FEAFC88-0000-0004-3133-​343038303031

Tekla Structures wijst de gebruikersattributen op deze regel in het invoerbestand aan het modelobject met de GUID-waarde ID4FEAFC88-0000-0004-3133-343038303031 toe.

ASSEMBLY_POS

of

MARK

A3

Tekla Structures wijst de gebruikersattributen op deze regel in het invoerbestand aan het merk met een ASSEMBLY_POS-waarde A3 toe.

Herhaal deze regel voor ieder merk dat u wilt opnemen.

PHASE

2

Tekla Structures wijst de gebruikersattributen op deze regel in het invoerbestand aan het merk met een PHASE-waarde 2 toe.

U moet ook ASSEMBLY_POS als sleutelveld bij deze optie gebruiken.

De sleutelvelden voor tekeningobjecten zijn:

Sleutelveld

Voorbeeld

Actie

TYPE NAME

A D4

Tekla Structures wijst de gebruikersattributen op deze regel in het invoerbestand aan de tekening met een TYPE-waarde A en een MARK-waarde D4 toe.

Gebruik beide sleutelvelden in het invoerbestand.

ID

134

Tekla Structures wijst de gebruikersattributen op deze regel in het invoerbestand aan het tekeningobject met een ID-waarde 134 toe.

Lege waarden

Het is mogelijk dat sommige regels in het invoerbestand niet voor alle attribuutvelden een waarde hebben (er kunnen twee of meer opeenvolgende scheidingstekens tussen waarden staan). Deze lege waarden kunnen tijdens het importeren worden overgeslagen zonder wijzigingen aan de gebruikersattributen aan te brengen of u kunt deze lege waarden gebruiken om bestaande gebruikersattribuutwaarden in uw model te wissen. Lege waarden worden standaard overgeslagen. Als u bestaande waarden in plaats daarvan wilt wissen, stelt u de variabele XS_ERASE_UDA_VALUE_WITH_ATTRIBUTE_IMPORT_NULL_AND_BLANK in een ini-bestand in op TRUE.

Inleesvolgorde

Tekla Structures leest het invoerbestand in volgorde vanaf de eerste regel. Als er dubbele sleutelvelden op de volgende regels staan, wordt alleen het eerste exemplaar geïmporteerd.

Gegevensbestand (import_macro_data_types.dat)

Als u in een gebruikersattribuut een waarde wilt importeren, moeten de veldnaam en het gegevenstype in het gegevensbestand import_macro_data_types.dat correct worden gedefinieerd. U kunt gebruikersattribuutvelden waarin de gegevens worden geïmporteerd, toevoegen, bewerken en verwijderen. Bewerk het gedeelte sleutelvelden van het bestand niet. Het is niet mogelijk om nieuwe sleutelvelden toe te voegen.

Bestandslocatie

Het standaard gegevensbestand bevindt zich in de map system in de omgevingsmap, bijvoorbeeld C:\ProgramData\Trimble\Tekla Structures\<version>\environments\common\system. Er kan zich in de omgeving die u gebruikt ook een gelokaliseerde versie van het bestand bevinden.

Breng geen wijzigingen in de standaard bestanden aan. Maak in plaats daarvan een kopie van het bestand en sla deze in een andere locatie op, bijvoorbeeld in de bedrijfsmap of in de map attributes in de modelmap. Op deze manier worden uw wijzigingen niet overschreven wanneer u Tekla Structures opnieuw installeert of bijwerkt. Als het bestand op meerdere locaties bestaat, wordt de standaard zoekvolgorde voor mappen gevolgd en wordt alleen het eerst gelezen bestand gebruikt.

Bestandsinhoud

Het bestand import_macro_data_types.dat is tekst zonder opmaak. U kunt het bestand in elke standaard teksteditor wijzigen, bijvoorbeeld Microsoft Kladblok.

Elke regel in het bestand is een velddefinitie die de volgende attributen in deze volgorde kan bevatten:

User-defined attribute name,Data type,Conversion factor,Comments

  1. User-defined attribute name. Schrijf de interne veldnaam zoals voor het veld in een objects.inp bestand wordt gedefinieerd.

    In de definitie attribute("USER_FIELD_1", "j_user_field_1", string, "%s", no, none, "0.0", "0.0") van objects.inp is de naam van het gebruikersattribuut bijvoorbeeld USER_FIELD_1.

  2. Data type.

    De waarde kan de volgende zijn: INT (geheel getal), STRING (tekst), FLOAT (decimaal getal) of DATE (datumvelden met een kalenderwidget). Als de waarde ontbreekt of onjuist is, wordt de waarde standaard op STRING ingesteld.

    Een discrepantie tussen de waardetypen voorkomt het importeren van gegevens niet, maar de resultaten zijn mogelijk niet altijd correct, afhankelijk van de gegevens en het veld. Datumvelden kunnen bijvoorbeeld onjuist worden ingesteld als het gegevenstype niet DATE is. U kunt daarentegen zonder problemen een nummer met het gegevenstype geheel getal in een tekstveld importeren.

    Velden met optielijsten worden als nummervelden van het waardetype INT gedefinieerd. Objectvergrendelingen kunnen bijvoorbeeld op Nee, Ja en Organisatie worden ingesteld met in het invoerbestand de corresponderende nummers 0, 1 en 2.

  3. Conversion factor (optioneel, alleen FLOAT). Voor het converteren van Engelse waarden naar metrische waarden in Engelse omgevingen.

    Opmerking:

    We raden u aan de FLOAT-waarden te controleren om fouten in conversiefactoren te voorkomen.

  4. Comment (optioneel). Tekens die de bovenstaande definities volgen, worden genegeerd en kunnen voor het schrijven van uw opmerkingen worden gebruikt. Deze opmerkingen moeten echter spaarzaam worden gebruikt, omdat het bestand eenvoudiger kan worden gelezen als u de meeste opmerkingen in plaats daarvan op een aparte regel schrijft, zoals hieronder uitgelegd.

Tekla Structures behandelt regels die met twee slashes (//) beginnen als opmerkingen en deze worden bij het lezen van het bestand genegeerd.

Voorbeelden:

//Regular attributes

R1_ISSUED_FOR_APPRL, STRING
R1_DATE_APPROVED, DATE

//Attribute with conversion factor and comment

shear1, FLOAT, 4448.2222, For kips

Voorbeelden van invoerbestanden

Voorbeeld van invoerbestanden voor onderdelen

Gegevens in dit invoerbestand worden door tabs gescheiden.

ASSEMBLY_POS en PHASE zijn de sleutelvelden. Tekla Structures voegt meerdere gebruikersattributen aan de merken toe met waarden die overeenkomen met de waarden die in de kolommen ASSEMBLY_POS en PHASE worden weergegeven.

Een merk met het ASSEMBLY_POS (merknummer) van B5 in fase 1 krijgt bijvoorbeeld de volgende gebruikersattributen:

STATUS: 3

USER_PHASE: 6

USER_ISSUE: 3/25/2019

ASSEMBLY_POS  PHASE  STATUS  USER_PHASE  USER_ISSUE
B1  1  7  3  3/25/2019
B2  1  7  3  3/25/2019
B3  1  7  3  3/25/2019
B4  1  7  3  3/25/2019
B5  1  3  6  3/25/2019
B1  1  3  5  3/26/2019
B2  2  3  4  3/26/2019

Het invoerbestand bevat twee vermeldingen voor B1. In dit geval schrijft Tekla Structures het bericht >Dubbele invoer in input bestand. in het logboekbestand en wordt alleen de eerste vermelding in het bestand geïmporteerd. Dus in dit voorbeeld heeft B1 na de attribuutimport de volgende gebruikersattributen:

STATUS: 7

USER_PHASE: 3

USER_ISSUE: 3/25/2019

Voorbeeld van invoerbestanden voor tekeningen

Gegevens in dit invoerbestand worden door tabs gescheiden.

TYPE en NAME zijn de sleutelvelden. In Tekla Structures voegt een waarde voor het gebruikersattribuut User field 4 toe voor tekeningen met waarden die overeenkomen met de waarden in de kolommen TYPE en NAME.

Voor een tekening met TYPE A (merktekening) en NAME B.2 krijgt bijvoorbeeld de waarde 4 in het veld User field 4.

TYPE  NAME  DRAWING_USERFIELD_4
A  B.1  3
A  B.2  4
A  C.1  1
A  C.2  2

Een invoerbestand verwerken

Opmerking: Deze bewerking overschrijft bestaande attribuutwaarden voor overeenkomende objecten als het invoerbestand een waarde voor het veld bevat.

Lege waarden worden standaard overgeslagen. Als u bestaande waarden in plaats daarvan wilt wissen, stelt u de variabele XS_ERASE_UDA_VALUE_WITH_ATTRIBUTE_IMPORT_NULL_AND_BLANK in een ini-bestand in op TRUE.

  1. Als u alleen gebruikersattributen naar een geselecteerd gebied in het Tekla Structures-model wilt importeren, selecteert u een gebied in het model.
  2. Klik in het menu Bestand op Importeren > Attributen.

    Het dialoogvenster Importeer attribuut wordt geopend.

  3. Klik op de knop ... naast het vak Invoer bestand om het invoerbestand te selecteren.
  4. Kies de juiste instellingen voor de import.

    Optie

    Beschrijving

    Scheidingstekens invoerbestand

    Selecteer een scheidingsteken of meerdere alternatieve scheidingstekens die in het invoerbestand worden gebruikt.

    U kunt velden afscheiden met elk ASCII-teken dat niet verschijnt in de naam of waarde van een van de attributen die u importeert.

    Invoer bereik

    • Standaard, Gehele model

      Tekla Structures wijst de gebruikersattribuutwaarden van objecten in het invoerbestand aan overeenkomende objecten in het model toe.

    • Alleen selectie

      Tekla Structures wijst alleen de gebruikersattribuutwaarden van objecten in het invoerbestand aan overeenkomende objecten in het geselecteerde gebied van het model toe.

      Gebruik deze optie om gebruikersattributen in modellen te importeren. Gebruik deze niet voor tekeningen.

    • Referentiemodellen

      Tekla Structures wijst de gebruikersattribuutwaarden van objecten in het invoerbestand aan overeenkomende objecten in referentiemodellen toe.

    Maak logbestand

    • Maken

      Hiermee wordt elke keer als u de gebruikersattribuutwaarden importeert in de huidige modelmap een nieuw logboekbestand met de naam attribute_import.log gemaakt. Vorige logboekbestanden van attribuutimports worden overschreven.

    • Toevoegen

      Hiermee worden elke keer als u de gebruikersattribuutwaarden importeert in de huidige modelmap logboekgegevens aan het bestand attribute_import.log toegevoegd. Als het logboekbestand niet bestaat, maakt Tekla Structures het.

    • Nee

      Hiermee wordt geen logboekbestand gemaakt.

    Logbestand weergeven

    • Nee

      Het logboekbestand wordt niet weergegeven.

    • In dialoogvenster

      Het logboekbestand wordt weergegeven wanneer de import is voltooid.

  5. Klik op Maken om het bestand te importeren.

    Als u de optie hebt ingeschakeld om het logboekbestand weer te geven, geeft Tekla Structures het logboekbestand in een apart venster weer en kunt u op een logboekvermelding klikken om het corresponderende object in het model te selecteren.

Was dit nuttig?
Vorige
Volgende