Eindplaat 2 zijden (142)

Tekla Structures
2021
Tekla Structures

Eindplaat 2 zijden (142)

Eindplaat 2 zijden (142) verbindt twee liggers met een ligger of een kolom met geboute eindplaten.Eén boutgroep gaat door alle drie de onderdelen.

Gemaakte objecten

  • Eindplaten

  • Vulplaten

  • Compenserende flensplaten (optioneel)

  • Coupplaten (optioneel)

  • Gaten

  • Bouten

  • Lassen

  • Uitsnijdingen

Gebruiken voor

Situatie

Beschrijving

Eindplaatverbinding met twee aansluitende onderdelen.

Automatische raveling voor boutspeling.

Eindplaatverbinding met twee aansluitende onderdelen en een coupplaat.

Automatische raveling voor boutspeling.

Eindplaatverbinding met twee aansluitende onderdelen op verschillende hoogten.

Eindplaatverbinding met twee aansluitende onderdelen.

De aansluitende onderdelen kunnen haaks of schuin zijn gepositioneerd.

Eindplaatverbinding met twee aansluitende onderdelen.

Veiligheidsverbinding.

Eindplaatverbinding met twee aansluitende onderdelen.

De aansluitende onderdelen kunnen vlak en/of schuin zijn gepositioneerd.

Volgorde van selectie

  1. Selecteer het hoofdonderdeel (kolom of ligger).

  2. Selecteer het eerste aansluitende onderdeel (ligger).

  3. Selecteer het tweede aansluitende onderdeel (ligger).

  4. Klik met de middelste muisknop om de verbinding te maken.

Onderdeelidentificatiecode

Onderdeel

1

Eindplaat voor het eerste aansluitende onderdeel

2

Vulplaat voor het eerste aansluitende onderdeel

3

Eindplaat voor het tweede aansluitende onderdeel

4

Vulplaat voor het tweede aansluitende onderdeel

5

Compenserende flensplaat voor het eerste aansluitende onderdeel

6

Compenserende flensplaat voor het tweede aansluitende onderdeel

Note:

Tekla Structures gebruikt waarden in het bestand joints.def om deze component te maken.

Tabblad Afbeelding

Gebruik het tabblad Afbeelding om de posities van de eindplaten en compenserende flensplaten te definiëren.

Plaatposities

Beschrijving

1

Afstand voor de bovenrand van de eindplaat vanaf de bovenkant van de eerste aansluitende ligger.

2

Afstand voor de onderste rand van de eindplaat vanaf de onderkant van de eerste aansluitende ligger.

3

Afstand voor de onderste rand van de eindplaat vanaf de onderkant van de tweede aansluitende ligger.

4

Afstand voor de bovenrand van de eindplaat vanaf de bovenkant van de tweede aansluitende ligger.

5

Opening tussen de vulplaten en het hoofdonderdeel.

Opening voor elke zijde afzonderlijk. Als er geen vulplaten worden gebruikt, wordt het gat tussen de eindplaat en het hoofdonderdeel gemaakt.

6

Randafstand voor de bovenste compensatieflensplaat vanaf de bovenkant van de eerste aansluitende ligger.

7

Randafstand voor de onderste compensatieflensplaat vanaf de bovenkant van de eerste aansluitende ligger.

8

Randafstand voor de bovenste compensatieflensplaat vanaf de bovenkant van de tweede aansluitende ligger.

9

Randafstand voor de onderste compensatieflensplaat vanaf de bovenkant van de eerste aansluitende ligger.

Compensatie flensplaatindeling

Optie Beschrijving

Standaard

Er worden geen compensatieflensplaten gemaakt.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Er worden geen compensatieflensplaten gemaakt.

Er worden compensatieflensplaten gemaakt.

Randafstand vanaf de bovenzijde van het aansluitende onderdeel.

Er worden compensatieflensplaten gemaakt.

Randafstand vanaf de bovenzijde van het hoofdonderdeel.

Vormen van compenserende flensplaten

Beschrijving

1

Afmeting van de compenserende flensplaat die overblijft wanneer een afwerking wordt gemaakt.

2

Horizontale afwerkingsmaatlijn van de compenserende flensplaat.

3

Binnenste afwerkingsmaatlijn van de compenserende flensplaat.

Sorteer aansluitende onderdelen op profiel hoogte

Wanneer u een verbinding Eindplaat 2 zijden (142) maakt, wordt meestal de grootste van de twee profielen als eerste aansluitende ligger geselecteerd. Als het profiel later wordt gewijzigd en de tweede aansluitende ligger groter wordt dan de eerste aansluitende ligger, kan de volgorde van de aansluitende liggers worden aangepast.

  • Ja verwisselt u de aansluitende liggers zodat de grootste ligger automatisch de eerste aansluitende ligger wordt.

  • Nee wijzigt u de volgorde van de aansluitende liggers niet als de profielgrootte wijzigt.

Tabblad Platen 1

Gebruik het tabblad Platen 1 om de grootte van de eindplaat, vulplaten en compenserende flensplaten bij de eerste aansluitende ligger te definiëren.

Platen

Optie

Beschrijving

Standaard

Eindplaat

De dikte, breedte en hoogte van de eindplaat.

dikte = 10 mm

Vulplaat 1

Vulplaat 2

Vulplaat 3

Vulplaatdikte.

De plaat wordt alleen gemaakt als een dikte is opgegeven.

U kunt maximaal drie verschillende vulplaten definiëren.

0

Aantal vulplaten 1 (DEF=1)

Aantal vulplaten 2 (DEF=1)

Aantal vulplaten 3 (DEF=1)

Aantal vulplaten voor elke dikte.

Standaard wordt er 1 plaat gemaakt.

Opdikpl. flens

Dikte, breedte en hoogte van de compensatieflensplaat.

Optie

Beschrijving

Standaard

Pos.nr.

Prefix en startnummer voor het positienummer van het onderdeel.

Sommige componenten hebben een tweede rij met velden waarin u het positienummer van het merk kunt invoeren.

Het standaard startnummer van het onderdeel wordt gedefinieerd in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Materiaal

Materiaalkwaliteit.

Het standaardmateriaal wordt gedefinieerd in het vak Materiaal van onderdelen in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Naam

De naam die in tekeningen en lijsten wordt weergegeven.

Afwerking

Beschrijft hoe het oppervlak van het onderdeel is behandeld.

Randafstanden van de bouten in vulplaten

Definieer de boutrandafstand voor de vulplaten.Als deze velden leeg zijn, hebben de vulplaten dezelfde afmetingen als de eindplaat.

Beschrijving

Standaard

1

Horizontale boutrandafstand in de vulplaat.

30 mm

2

Verticale boutrandafstand in de vulplaat.

30 mm

Vorm van de vulplaat

Optie Beschrijving

Standaard

Gaten zijn gebaseerd op de boutgroep van de verbinding.

AutoDefaults kan deze optie wijzigen.

Gaten zijn gebaseerd op de boutgroep van de verbinding.

Vingervulplaat met horizontale sleufgaten.

De plaat kan vanaf de rechter- of linkerzijde van de verbinding worden geplaatst.

Vingervulplaat met verticale sleufgaten.

De plaat kan vanaf de bovenzijde van de verbinding worden geplaatst.

Twee aparte vingervulplaten met horizontale sleuven.

Twee aparte vingervulplaten met verticale sleuven.

Tolerantie

Definieer de tolerantie van de sleufgaten in de vulplaten.De breedte van de sleuf is de boutdiameter + de tolerantie.Definieer voor twee aparte vingervulplaten ook de tolerantie tussen de platen.

Positie van de vulplaat

Optie

Beschrijving

Standaard

Vulplaten bevinden zich buiten het hoofdonderdeel.

AutoDefaults kan deze optie wijzigen.

Vulplaten bevinden zich buiten het hoofdonderdeel.

Vulplaten bevinden zich binnen het hoofdonderdeel.

Grootte van de opening

Definieer de maximale grootte voor de opening tussen de eindplaat en de aansluitende ligger.U gebruikt deze wanneer de ligger licht gebogen of schuin is om te besluiten of de hoek zo klein is dat het uiteinde van de ligger haaks kan zijn.

Als de werkelijke opening kleiner is dan deze waarde, blijft het uiteinde van de ligger recht.

Als de werkelijke opening groter is dan deze waarde, wordt het uiteinde van de ligger gefit ten opzichte van de eindplaat.

Vorm eindplaat

Bij tweezijdige verbindingen verbeteren de opties voor veiligheidsverbindingen de veiligheid tijdens de montage.De opties voor veiligheidsverbindingen zorgen ervoor dat de eindplaat wordt verplaatst of dat verschillende ravelingen worden gemaakt, zodat sommige van de bouten een enkelvoudige afschuifklamp in plaats van een dubbele afschuifklamp vormen.Hierdoor kan de eerste aansluitende ligger worden verbonden terwijl de kraan verder gaat met de volgende ligger.

Optie

Beschrijving

Standaard

Eindplaat zonder ravelingen.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Eindplaat zonder ravelingen.

Eén eindplaat wordt naar boven verplaatst om een veiligheidsverbinding te maken.

Eén eindplaat wordt naar beneden verplaatst om een veiligheidsverbinding te maken.

Eén tegenoverliggende bovenhoek van elke eindplaat wordt geraveeld om een veiligheidsverbinding te maken.

Eén tegenoverliggende bovenhoek van elke eindplaat wordt geraveeld om een veiligheidsverbinding te maken.

Diagonaal tegenoverliggende hoeken van alle eindplaten worden geraveeld om een veiligheidsverbinding te maken.

Diagonaal tegenoverliggende hoeken van alle eindplaten worden geraveeld om een veiligheidsverbinding te maken.

Locatie van de veiligheidsverbinding

Optie

Beschrijving

Standaard

Heeft effect op de eindplaten aan zowel de voor- als de achterzijde.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Heeft effect op de eindplaten aan zowel de voor- als de achterzijde.

Heeft alleen effect op de eindplaat aan de voorzijde.

Heeft alleen effect op de eindplaat aan de achterzijde.

Type uitsparing voor een veiligheidsverbinding

Optie

Beschrijving

Standaard

Haakse uitsparing.Deze selectie heeft alleen effect op veiligheidsverbindingen met uitsparingen.Dit heeft geen invloed op veiligheidsverbindingen waarbij de plaat korter wordt gemaakt.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Haakse uitsparing

Trimlijn

Holle booguitsnijding

Afmeting van de uitsnijding voor een veiligheidsverbinding

Optie Beschrijving

Verticaal

Definieer de hoogte van de raveling of de offset in verticale richting van de eindplaat.

Horizontaal

Definieer de breedte van de raveling in de eindplaat.

Radius

Definieer de radius van de holle booguitsnijding.

Tabblad Platen 2

Gebruik het tabblad Platen 2 om de grootte van de eindplaat, vulplaten en compenserende flensplaten bij de tweede aansluitende ligger te definiëren.

Platen

Optie

Beschrijving

Standaard

Eindplaat

De dikte, breedte en hoogte van de eindplaat.

dikte = 10 mm

Vulplaat 1

Vulplaat 2

Vulplaat 3

Vulplaatdikte.

De plaat wordt alleen gemaakt als een dikte is opgegeven.

U kunt maximaal drie verschillende vulplaten definiëren.

0

Aantal vulplaten 1 (DEF=1)

Aantal vulplaten 2 (DEF=1)

Aantal vulplaten 3 (DEF=1)

Aantal vulplaten voor elke dikte.

Standaard wordt er 1 plaat gemaakt.

Opdikpl. flens

Dikte, breedte en hoogte van de compensatieflensplaat.

Optie

Beschrijving

Standaard

Pos.nr.

Prefix en startnummer voor het positienummer van het onderdeel.

Sommige componenten hebben een tweede rij met velden waarin u het positienummer van het merk kunt invoeren.

Het standaard startnummer van het onderdeel wordt gedefinieerd in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Materiaal

Materiaalkwaliteit.

Het standaardmateriaal wordt gedefinieerd in het vak Materiaal van onderdelen in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Naam

De naam die in tekeningen en lijsten wordt weergegeven.

Afwerking

Beschrijft hoe het oppervlak van het onderdeel is behandeld.

Randafstanden van de bouten in vulplaten

Definieer de boutrandafstand voor de vulplaten. Als deze velden leeg zijn, hebben de vulplaten dezelfde afmetingen als de eindplaat.

Beschrijving

Standaard

1

Horizontale boutrandafstand in de vulplaat.

30 mm

2

Verticale boutrandafstand in de vulplaat.

30 mm

Vorm van de vulplaat

Optie

Beschrijving

Standaard

Gaten zijn gebaseerd op de boutgroep van de verbinding.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Gaten zijn gebaseerd op de boutgroep van de verbinding.

Vingervulplaat met horizontale sleufgaten.

De plaat kan vanaf de rechter- of linkerzijde van de verbinding worden geplaatst.

Vingervulplaat met verticale sleufgaten.

De plaat kan vanaf de bovenzijde van de verbinding worden geplaatst.

Twee aparte vingervulplaten met horizontale sleuven.

Twee aparte vingervulplaten met verticale sleuven.

Tolerantie

Definieer de tolerantie van de sleufgaten in de vulplaten. De breedte van de sleuf is de boutdiameter + de tolerantie. Definieer voor twee aparte vingervulplaten ook de tolerantie tussen de platen.

Positie van de vulplaat

Optie

Beschrijving

Standaard

Vulplaten bevinden zich buiten het hoofdonderdeel.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Vulplaten bevinden zich buiten het hoofdonderdeel.

Vulplaten bevinden zich binnen het hoofdonderdeel.

Grootte van de opening

Definieer de maximale grootte voor de opening tussen de eindplaat en de aansluitende ligger. U gebruikt deze wanneer de ligger licht gebogen of schuin is om te besluiten of de hoek zo klein is dat het uiteinde van de ligger haaks kan zijn.

Als de werkelijke opening kleiner is dan deze waarde, blijft het uiteinde van de ligger recht.

Als de werkelijke opening groter is dan deze waarde, wordt het uiteinde van de ligger gefit ten opzichte van de eindplaat.

Positie van de vulplaten en de eindplaat

Definieer de positie van de vulplaten en de eindplaat voor de tweede aansluitende ligger. De platen worden verplaatst ten opzichte van de platen van de eerste aansluitende ligger. Standaard worden de platen bij de tweede aansluitende ligger zodanig geplaatst dat de gaten symmetrisch zijn. U moet de platen mogelijk verplaatsen als bijvoorbeeld schuine of gebogen aansluitende liggers worden verbonden.

Beschrijving

1

Definieer hoe ver de platen in verticale richting moeten worden verplaatst.

2

Definieer hoe ver de platen in horizontale richting moeten worden verplaatst.

Tabblad Coup

Gebruik het tabblad Haunch om de coupplaten en de afwerking voor de flenzen van de aansluitende ligger te definiëren.

Coupplaten

Optie Beschrijving

Bovenste plaat, Bovenste plaat 2

Dikte, breedte en hoogte van de bovenste coupplaat.

Onderste plaat, Onderste plaat 2

Dikte, breedte en hoogte van de onderste coupplaat.

Optie

Beschrijving

Standaard

Pos.nr.

Prefix en startnummer voor het positienummer van het onderdeel.

Sommige componenten hebben een tweede rij met velden waarin u het positienummer van het merk kunt invoeren.

Het standaard startnummer van het onderdeel wordt gedefinieerd in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Materiaal

Materiaalkwaliteit.

Het standaardmateriaal wordt gedefinieerd in het vak Materiaal van onderdelen in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Naam

De naam die in tekeningen en lijsten wordt weergegeven.

Afwerking

Beschrijft hoe het oppervlak van het onderdeel is behandeld.

Coupplaat maken

Optie voor de tweede aansluitende ligger

Optie voor de eerste aansluitende ligger

Beschrijving

Standaard

Indien nodig worden er coupplaten gemaakt aan de bovenzijde en onderzijde.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Automatisch

De coupplaat wordt gemaakt aan de bovenzijde, onderzijde of aan beide zijden, indien nodig.

Er worden altijd coupplaten gemaakt aan de bovenzijde en onderzijde.

Als u één plaat wilt maken, typt u 0 in het veld dikte (d) voor de coupplaat die u niet nodig hebt (plaat aan bovenzijde of onderzijde).

Er worden geen coupplaten gemaakt.

Afschuining van coupplaten

Beschrijving

1

Breedte van de afwerking van de bovenste coupplaat.

2

Hoogte van de afwerking van de bovenste coupplaat.

3

Hoogte van de afwerking van de onderste coupplaat.

4

Breedte van de afwerking van de onderste coupplaat.

Tabblad Raveling

Gebruik het tabblad Raveling om automatisch ravelingen voor de aansluitende liggers te maken en de eigenschappen van de raveling te definiëren.Het tabblad Raveling bestaat uit twee delen:automatische eigenschappen (bovenste deel) en handmatige eigenschappen (onderste deel).Automatische en handmatige ravelingeigenschappen werken onafhankelijk van elkaar.

Automatische raveling

Automatische raveling heeft betrekking op de boven- en onderflens.

Vorm van de raveling

Automatische raveling wordt ingeschakeld zodra u een vorm van raveling hebt geselecteerd.

Optie

Beschrijving

Standaard

Hiermee maakt u ravelingen op de aansluitende ligger.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Hiermee maakt u ravelingen op de aansluitende ligger. De uitsparingen staan haaks op de hoofdligger.

Hiermee maakt u ravelingen op de aansluitende ligger. De uitsparingen staan haaks op de aansluitende ligger.

Hiermee maakt u ravelingen op de aansluitende ligger. De verticale zijde van de uitsparing staat haaks op de hoofdligger en de horizontale zijde staat haaks op de aansluitende ligger.

Hiermee schakelt u de automatische raveling uit.

Grootte van de raveling

Optie

Beschrijving

Standaard

De grootte van de raveling wordt gemeten vanaf de rand van de flens van de hoofdligger en vanaf de onderkant van de bovenflens van de hoofdligger.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

De grootte van de raveling wordt gemeten vanaf de rand van de flens van de hoofdligger en vanaf de onderkant van de bovenflens van de hoofdligger.

De grootte van de raveling wordt gemeten vanaf de hartlijn van de hoofdligger en vanaf de bovenflens van de hoofdligger.

Voer de horizontale en verticale waarden in voor de uitsparingen.

Vorm van de uitsparing in de flens

Optie

Beschrijving

Standaard

De flens van de aansluitende ligger wordt parallel aan de hoofdligger gesneden.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

De flens van de aansluitende ligger wordt parallel aan de hoofdligger gesneden.

De flens van aansluitende ligger wordt haaks gesneden.

Afronding van de afmeting van de raveling

Gebruik de opties voor de afronding van de ravelingafmeting om te bepalen of de maten naar boven worden afgerond. Zelfs als afronding van de afmeting is ingeschakeld, wordt de afmeting alleen afgerond als dit nodig is.

Optie

Beschrijving

Standaard

De afmeting van de raveling wordt niet afgerond.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

De afmeting van de raveling wordt niet afgerond.

De afmeting van de raveling wordt afgerond.

Voer de horizontale en verticale waarden in voor de afronding.

De afmetingen worden naar boven afgerond op het eerstvolgende veelvoud van de opgegeven waarde. Als de eigenlijke maat 51 is en u een afronding invoert van 10, wordt de afmeting naar boven afgerond op 60.

Positie van de raveling

Optie

Beschrijving

Standaard

Hiermee maakt u de uitsparing onder de flens van de hoofdligger.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Hiermee maakt u de uitsparing onder de flens van de hoofdligger.

Hiermee maakt u de uitsparing boven de flens van de hoofdligger.

Afschuining van de raveling

Optie

Beschrijving

Standaard

De raveling wordt niet afgeschuind.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

De raveling wordt niet afgeschuind.

Hiermee maakt u een raveling met een lijnvormige afschuining.

De raveling wordt afgeschuind aan de hand van de ingevoerde radius.

Voer de radius voor de afschuining in.

Handmatige raveling

Gebruik handmatige raveling wanneer een onderdeel dat niet bij de verbinding hoort een conflict veroorzaakt met de aansluitende ligger. Als u handmatige raveling gebruikt, worden uitsparingen gemaakt op basis van de ingevoerde waarden in de velden van het tabblad Raveling. U kunt verschillende waarden gebruiken voor de boven- en onderflens.

Zijde van de raveling in de flens

De zijde van de raveling in de flens bepaalt aan welke zijde van de ligger de raveling wordt gemaakt.

Optie

Beschrijving

Standaard

Hiermee maakt u een raveling aan beide zijden van de flens.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Automatisch

Hiermee maakt u een raveling aan beide zijden van de flens.

Hiermee maakt u een raveling aan beide zijden van de flens.

Hiermee maakt u een raveling aan de voorzijde van de flens.

Hiermee maakt u een raveling aan de achterzijde van de flens.

Vormen van de raveling in de flens

De vorm van de raveling in de flens bepaalt de vorm van de raveling in de liggerflens.

Optie

Beschrijving

Standaard

De hele flens van de aansluitende ligger wordt zo ver uitgesneden als u hebt opgegeven.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Automatisch

De hele flens van de aansluitende ligger wordt zo ver uitgesneden als u hebt opgegeven. De standaarddiepte voor de raveling is twee keer de dikte van de aansluitende flens. De uitsparing is altijd net zo groot als de totale breedte van de aansluitende flens.

Hiermee maakt u een afschuining in de flens.

Als u geen horizontale maat opgeeft, wordt er een afschuining van 45 graden gemaakt.

Hiermee maakt u uitsparingen in de flens op basis van standaardwaarden, tenzij u waarden opgeeft in de velden 1 en 2.

De flens wordt niet uitgesneden.

Hiermee maakt u uitsparingen in de flens op basis van de waarde in het veld 1 zodat deze gelijk loopt met het lijf.

Hiermee maakt u uitsparingen in de flens op basis van de waarde in de velden 1 en 2.

Diepte van de raveling in de flens

Optie

Beschrijving

Standaard

Diepte van de raveling in de flens.

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Diepte van de raveling in de flens.

Diepte van de raveling in de flens op basis van een maat vanaf de hartlijn van het lijf van de aansluitende ligger tot de rand van de raveling.

Voer de waarde in voor de diepte van de raveling in de flens.

Afmeting van de uitsnijding

Beschrijving

Standaard

1

Afmetingen voor de horizontale flensuitsnijdingen.

10 mm

2

Afmetingen voor de verticale flensuitsnijdingen.

De opening tussen de rand van de raveel en de flens van de ligger is gelijk aan de afronding van het hoofdonderdeel. De hoogte van de raveling wordt naar boven afgerond op 5 mm.

Definitie BCSA-raveling

Definieer of de raveling volgens de specificaties van de British Constructional Steelwork Association (BCSA) is gemaakt.

Optie

Beschrijving

Standaard

Afmetingen van de raveling.

Ja

Hiermee maakt u een raveling van 50 mm voor eenvoudige ligger-tegen-ligger-verbindingen.

Nee

Gebruik de opties op dit tabblad Raveling om de afmetingen van de raveling te definiëren.

Tabblad Bouten

Gebruik het tabblad Bouten om de eigenschappen van de bouten die de eindplaten aan het hoofdonderdeel verbinden te definiëren.

Maatlijnen van de boutgroep

De afmetingen van een boutgroep zijn van invloed op de grootte van de eindplaten.

Beschrijving
1

Maatlijn voor de verticale positie van de boutgroep.

2

Selecteer hoe de afmeting voor de verticale positie van de boutgroep moeten worden gemeten.

  • Boven:vanaf de bovenrand van het aansluitende onderdeel tot de bovenste bout.

  • Midden:vanaf de hartlijn van de bouten tot de hartlijn van het aansluitende onderdeel.

  • Onder:vanaf de onderrand van het aansluitende onderdeel tot de onderste bout.

3

Randafstand bouten.

De randafstand is de afstand van het hart van een bout tot de rand van het onderdeel.

4

Aantal bouten.

5

Boutafstand.

Gebruik een spatie als scheidingsteken tussen de waarden voor de boutafstand.Voer een waarde in voor elke afstand tussen de bouten.Voer bijvoorbeeld twee waarden in als er drie bouten in zitten.

6

Maatlijn voor de horizontale positie van de boutgroep.

7

Selecteer hoe de afmetingen voor de horizontale positie van de boutgroep moeten worden gemeten.

  • Links:vanaf de linkerrand van het aansluitende onderdeel tot de bout uiterst links.

  • Midden:vanaf de hartlijn van het aansluitende onderdeel tot aan de hartlijn van de bouten.

  • Rechts:vanaf de rechterrand van het aansluitende onderdeel tot de bout uiterst rechts.

8

Definieer welke bouten uit de boutgroep worden verwijderd.

Voer de boutnummers in van de bouten die moeten worden verwijderd en scheid de nummers met een spatie.Boutnummers lopen van links naar rechts en van boven naar beneden.

Basiseigenschappen van bouten

Optie

Beschrijving

Standaard

Boutdiameter

Boutdiameter.

Beschikbare diameters worden in de boutsamenstellingendatabase gedefinieerd.

Boutnorm

De boutnorm die in de component moet worden gebruikt.

Beschikbare normen worden in de boutsamenstellingendatabase gedefinieerd.

Tolerantie

De ruimte tussen de bout en het gat.

Draad in mat

Hiermee definieert u of de draad van de bout zich in de geboute onderdelen kan bevinden.

Deze optie heeft geen effect wanneer er bouten met volledige draad worden gebruikt.

Ja

Montage/werkplaats

Locatie waar de bouten moeten worden bevestigd.

Montage

Doordringlengte

Definieert de diepte waarin Tekla Structures zoekt naar delen van de geboute onderdelen.U kunt u instellen of de bout door één of door twee flenzen gaat.

Boutcommentaar

U kunt een boutcommentaar definiëren.

Sleufgaten

U kunt sleufgaten, oversized gaten of tapgaten definiëren.

Optie

Beschrijving

Standaard

1

Verticale maat van sleufgat.

0 heeft een rond gat als resultaat.

2

Horizontale maat van sleufgat of speling van oversized gaten.

0 heeft een rond gat als resultaat.

Gattype

Met Sleufgat maakt u sleufgaten.

Met Oversized maakt u oversized gaten of tapgaten.

Geen gat maakt geen gaten.

Roteer sleufgaten

Als het type gat Sleufgat is, worden de sleufgaten met deze optie gedraaid.

Sleufgat in

Onderde(el)(len) waarin sleufgaten worden gemaakt.De opties zijn afhankelijk van de betreffende component.

Boutsamenstelling

Met de selectievakjes wordt gedefinieerd welke componentobjecten (bout, ringen en moeren) in de samenstelling van de bout worden gebruikt.

Als u alleen een gat wilt maken, moet u alle selectievakjes uitschakelen.

Als u de boutsamenstelling van een bestaande component wilt aanpassen, schakelt u het selectievakje Effect bij wijzigen in en klikt u op Wijzigen.

Extra boutlengte

Definieer hoeveel de bout langer moet worden.Gebruik deze optie bijvoorbeeld wanneer diverse verflagen een langere boutlengte vereisen.

Tabblad Gaten

Gebruik het tabblad Gaten om de galvaniserende gaten in de eindplaten te definiëren.

Optie Beschrijving

Boutnorm

Selecteer de boutnorm.

Bouttype

Selecteer het bouttype om de locatie te definiëren waar de bouten moeten worden bevestigd.

Gegevens lezen van

U kunt selecteren of u het definitiebestand sinkholes.dat wilt gebruiken om de standaardwaarden voor horizontale en verticale offsets en de diameters voor bovenste en onderste gaten te definiëren.

Het bestand wordt in de volgende volgorde gezocht: Staalmap van de omgeving Common van het systeem (..\Environments\common\system\Steel), de modelmap, de map XS_FIRM, XS_PROJECT en XS_SYSTEM.

U kunt ook selecteren of u de gaten in het componentendialoogvenster wilt definiëren.

Aantal gaten

Het hart van een groep gaten is het hart van de ligger en het hart van de coup als er een coup wordt gebruikt.De groep gaten bestaat uit 0, 1, 2 of 4 gaten.

Optie voor de eerste aansluitende ligger

Optie voor de tweede aansluitende ligger

Beschrijving

Standaard

Geen gaten

Deze optie kan worden gewijzigd met behulp van AutoDefaults.

Geen gaten

1 gat

2 gaten

4 gaten

Posities van de gaten

Positie van de gaten in de eindplaat van de eerste aansluitende ligger.

Positie van de gaten in de eindplaat van de tweede aansluitende ligger.

Beschrijving

1

Horizontale afstand tussen het hart van de aansluitende ligger en het bovenste gat.

2

Horizontale afstand tussen het hart van de aansluitende ligger en het onderste gat.

3

Verticale afstand tussen het hart van de aansluitende ligger en het bovenste gat.

4

Verticale afstand tussen het hart van de aansluitende ligger en het onderste gat.

5

Diameter van het onderste gat.

6

Diameter van het bovenste gat.

Tabblad Algemeen

Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:

Tabblad Algemeen

Tabblad Berekening

Klik voor meer informatie op onderstaande koppeling:

Tabblad Berekening

Lassen

Klik voor meer informatie op onderstaande koppeling:

Lassen maken

Was dit nuttig?
Vorige
Volgende