U moet de firewallinstellingen wijzigen om verkeer via vaste TCP/IP-poorten toe te staan. De volgende instructies zijn op Windows Server 2008 van toepassing.

1. Zorg ervoor dat de poorten die u als vaste poorten wilt instellen door geen andere software of service worden gebruikt.

   Typ de opdracht netstat -anp TCP op de opdrachtregel om te achterhalen welke poorten in gebruik zijn.

   De nummers in de kolom Lokaal adres na de dubbele punt (:) zijn de poortnummers die in gebruik zijn.

   

2. Blader naar tekla.lic en open dit met een teksteditor.

   Het pad is standaard ..\TeklaStructures\License\Server.

3. Als u een vaste poort voor lmgrd.exe wilt instellen, voert u het TCP/IP-poortnummer aan het einde van de regel SERVER in.

   Met de installatieoptie Automatisch wordt de poort ingesteld op 27007.

   

4. Voer de tekst port=free_port aan het einde van de regel VENDOR in, bijvoorbeeld port=1234.

   

   Het definiëren van het TCP/IP-poortnummer in de regel VENDOR kan de opstarttijd van de Tekla Structures Licensing Service vertragen.

5. Sla de wijzigingen op en sluit tekla.lic.
6. Werk uw licentieserver met de wijzigingen bij:
   1. Ga afhankelijk van uw Windows-besturingssysteem naar Tekla Structures Licensing > LMTOOLS via het menu Start of het Startscherm.
      
   2. Ga naar het tabblad Service/License File en zorg ervoor dat Configuration using services en Tekla Structures Licensing Service zijn geselecteerd.

      

   3. Ga naar het tabblad Start/Stop/Reread en stop de licentieserver door op Stop Server te klikken en start de server vervolgens opnieuw op door op Start Server te klikken.
7. Klik op Starten > Configuratiescherm > Windows Firewall .
8. Klik in het linker deelvenster op Een programma via Windows Firewall toestaan.
9. Zorg er op het tabblad Algemeen voor dat u afhankelijk van uw Windows-besturingssysteem het selectievakje Geen uitzonderingen toestaan of Alle binnenkomende verbindingen blokkeren niet hebt ingeschakeld.

   Als dit selectievakje is ingeschakeld, worden de wijzigingen niet toegepast.

10. Klik op het tabblad Uitzonderingen op de knop Poort toevoegen.

    

11. Voer de volgende handelingen uit in het dialoogvenster Poort toevoegen :

    • Voer in het vak Naam lmgrd in.

    • Voer in het vak Poort het TCP/IP-poortnummer in dat u in stap 3 hebt ingesteld.

    

12. Klik op OK om de wijzigingen te bevestigen.

    lmgrd wordt aan de lijst met uitzonderingen toegevoegd.

13. Klik op het tabblad Uitzonderingen nogmaals op Poort toevoegen om het dialoogvenster Een poort toevoegen te openen.
14. Voer de volgende handelingen uit in het dialoogvenster Poort toevoegen :

    • Voer in het vak Naam tekla in.

    • Voer in het vak Poort het TCP/IP-poortnummer in dat u in stap 4 hebt ingesteld.

    

15. Klik op OK om de wijzigingen te bevestigen.

    tekla wordt aan de lijst met uitzonderingen toegevoegd.

16. Klik op OK om de wijzigingen te bevestigen.