Plaatsingsinstellingen voor maatlijnen definiëren

Tekla Structures
2018
Tekla Structures

Plaatsingsinstellingen voor maatlijnen definiëren

U kunt de maatlijnplaatsing naar vrij of vast instellen en de ruimte tussen parallelle maatlijnen en de locatie van de maatlijn bepalen in verhouding tot het object dat wordt bemaat. U kunt ook selecteren of korte-maatlijntekst binnen of buiten de maatlijn wordt geplaatst.

Bij onderdeel-, merk- en betontekeningen kunnen de instellingen voor de maatlijnplaatsing in een geopende tekening worden gedefinieerd, in een maatlijneigenschappenbestand worden opgeslagen en in een andere tekening worden geladen of in gebruik worden genomen. In de overzichttekeningen kunnen de meeste instellingen op tekening- en aanzichtniveau worden gedefinieerd, maar plaatsingsinstellingen alleen op objectniveau.

Houd er rekening mee dat de plaatsing van maatlijnen niet alleen wordt bepaald door de instellingen, maar ook door de eigenschappen voor Beveiliging. Tekla Structures gebruikt de beveiligingseigenschappen om te verhinderen dat labels en maatlijnen in beveiligde gebieden worden geplaatst.

Als u de instellingen van de maatlijnplaatsing in een geopende tekening wilt aanpassen en de instellingen voor later gebruik wilt opslaan, doet u het volgende:

  1. Klik op het tabblad Tekening op Eigenschappen > Maatlijn.
  2. Ga naar het tabblad Algemeen van het dialoogvenster Afmetingen.
  3. Voer in Maatlijnafstanden de gewenste afstand tussen twee parallelle maatlijnen in.
  4. Selecteer in de lijst Kleine afstanden of een korte maatlijntekst binnen of buiten de maatlijnen moeten worden geplaatst.
  5. Klik op Plaats... en definieer de gewenste plaatsingsinstellingen.
    • Stel Plaatsing in op vrij om Tekla Structures de plaats en richting van de maatlijn op basis van de instellingen voor Richting te laten bepalen.
    • Als u Plaatsing op vast instelt, kunt u de maatlijn op elke locatie plaatsen. Als u de instelling vast gebruikt, blijft de maatlijn waar u deze plaatst, zelfs als u de tekening bijwerkt, terwijl Tekla Structures bij de optie vrij probeert de optimale plaats voor de maatlijn te vinden.
    • De optie Richting definieert waar Tekla Structures maatlijnen relatief ten opzichte van het bemate object plaatst. U kunt positief of negatief of beide selecteren. Positief plaatst de maatlijn verder weg van en negatief dichter bij het bemate object. Deze instelling beïnvloedt de Plaatsing : instelling vrij.
  6. Voer in Minimale afstand de dichtstbijzijnde afstand in die Tekla Structures gebruikt om de maatlijn te plaatsen.
  7. Voer in Zoekstap de lege marge in die u rondom de maatlijn wilt hebben. Als Tekla Structures de maatlijn niet met de minimumafstand kan plaatsen, wordt de maatlijn verplaatst met de waarde die u in het vak Zoekstap invoert. Tekla Structures probeert de maatlijn te plaatsen met behulp van de waarde in Zoekstap totdat een plaats voor de maatlijn wordt gevonden.
  8. Klik op OK om het dialoogvenster met plaatsingsinstellingen voor maatlijnen te sluiten.
  9. Sla de maatlijneigenschappen op met Opslaan of sla ze in een ander bestand op met Opslaan als.
  10. Klik op Wijzigen om de maatlijneigenschappen in de geopende tekening te wijzigen.
De maatlijnen zijn geplaatst volgens de door u aangebrachte wijzigingen. U hebt nu een maatlijneigenschappenbestand dat u kunt laden wanneer u de instellingen van de maatlijnplaatsing op dezelfde wijze moet aanpassen. U kunt bijvoorbeeld deze eigenschappen laden in het vak Maatlijn eigenschappen in het dialoogvenster Eigenschappen maatvoeringsvoorwaarden of in een geopende overzichttekening in het dialoogvenster Maatlijn eigenschappen.
Was dit nuttig?
Vorige
Volgende