Automatische tekeningeigenschappen vóór het maken van tekeningen instellen

Tekla Structures
2019
Tekla Structures

Automatische tekeningeigenschappen vóór het maken van tekeningen instellen

Tekla Structures maakt tekeningen met de automatische tekeningeigenschappen die voor elk type tekening afzonderlijk worden gedefinieerd.

  1. Klik op het tabblad Tekeningen & Lijsten op Tekening­eigenschappen en selecteer het tekeningtype.
  2. Laad indien mogelijk de tekeningeigenschappen die meest lijken op degene die u nodig hebt door een eigenschappenbestand in de lijst aan de bovenzijde te selecteren.

    In overzichttekeningeigenschappen moet u op Laad klikken.

  3. Afhankelijk van het type tekening kunt u het volgende doen:

    Onderdeel-, merk- en betontekeningen:

    1. Doorloop de verschillende eigenschappen in de optiestructuur van de tekeningeigenschappen en pas de waarden indien nodig aan.

      De selectievakjes naast de opties worden automatisch geselecteerd wanneer u iets voor die bepaalde variabele wijzigt.

    2. Als u eigenschappen voor toekomstig gebruik wilt opslaan, geeft u in het vak Opslaan een unieke naam aan de eigenschappen en klikt u op Opslaan. U mag geen spaties of speciale tekens in de naam opnemen.
    3. Als u de instellingen op aanzichtniveau wilt aanpassen (aanzichten, filters, beveiligde gebieden, maatlijnen, labels en objecten), klikt u op Maken aanzicht , selecteert u het gewenste aanzicht en aanzichteigenschappenbestand en klikt u vervolgens op Aanzichteigenschappen.
    4. Wijzig indien nodig de eigenschappen voor het geselecteerde aanzicht.
    5. Als u bijvoorbeeld onderdeeleigenschappen voor toekomstig gebruik wilt opslaan, geeft u in het vak Opslaan een unieke naam aan de eigenschappen en klikt u op Opslaan. U mag geen spaties of speciale tekens in de naam opnemen.
    6. Klik op Opslaan in Venstereigenschappen om de eigenschappen in het aanzichteigenschappenbestand op te slaan wanneer u klaar bent.
    7. Klik op OK in Venstereigenschappen om naar de tekeningeigenschappen terug te gaan.

    Overzichttekeningen:

    1. Schakel alle selectievakjes uit door op de aan/uitknop aan de onderzijdete klikken en selecteer alleen de selectievakjes voor de opties die u wilt wijzigen.
    2. Doorloop de verschillende eigenschappen in het dialoogvenster met tekeningeigenschappen en breng de noodzakelijke wijzigingen aan.
    3. Klik in elke subdialoogvenster waarin u de eigenschappen hebt gewijzigd op OK om de wijzigingen op te slaan en naar de tekeningeigenschappen terug te gaan.
    4. Als u bijvoorbeeld onderdeeleigenschappen voor toekomstig gebruik wilt opslaan, geeft u in het vak Opslaan als een unieke naam aan de eigenschappen en klikt u op Opslaan als. U mag geen spaties of speciale tekens in de naam opnemen.
  4. Klik op OK om de eigenschappen op te slaan.

    Als u de wijzigingen in een ander bestand met tekeningeigenschappen wilt opslaan, voert u de nieuwe naam in.

    U mag geen spaties in de naam van het eigenschappenbestand gebruiken omdat dit tot problemen kan leiden. Als u het bestand met tekeningeigenschappen bijvoorbeeld in een voorwaarde in de Tekeningendatabase gebruikt, worden de tekeningen niet gemaakt als naam van het eigenschappenbestand spaties bevat.

    In overzichttekeningeigenschappen klikt u op Opslaan als.

Nu kunt u een tekening maken met het zojuist ingestelde bestand met tekeningeigenschappen.

Was dit nuttig?
Vorige
Volgende