De nieuwe profielendatabase is in de omgeving Default standaard niet ingeschakeld, maar kan zijn ingeschakeld in andere omgevingen. Als de nieuwe profielendatabase in uw omgeving niet is ingeschakeld, moet u deze inschakelen.

In de nieuwe profielendatabase vervangen groepen de voorwaarden waarmee profielen in de vorige profielendatabase werden georganiseerd. De tool Voorwaarden converteren naar groepen converteert de bestanden rules.lis en profiles.lis van een bestaande profielendatabase naar een bestand ProfileCatalog.Groups.xml voor de nieuwe profielendatabase.

1. Open in Snel starten de tool Voorwaarden converteren naar groepen.
2. Als u alleen geselecteerde voorwaarden wilt converteren naar groepen, selecteert u de voorwaarden in de vorige profielendatabase.
   1. Om de vorige profielendatabase te openen, zoekt u op profielendatabase in Snel starten.
   2. Selecteer de voorwaarden die u naar groepen wilt converteren.
3. Voltooi het converteren van de voorwaarden naar groepen op een van de volgende manieren:
   • Klik op Geselecteerde voorwaarden naar groepen converteren als u alleen geselecteerde voorwaarden naar groepen wilt converteren.
   • Klik op Alle voorwaarden naar groepen converteren als u alle voorwaarden naar groepen wilt converteren.
   De tool Voorwaarden converteren naar groepen maakt een bestand dat de nieuwe groepsstructuur bevat.
4. Kopieer het bestand dat hierdoor is gemaakt naar de map XS_PROFDB\profil\profiles.
5. Controleer de uitvoer om er zeker van te zijn dat deze correct is.

1. Open de nieuwe profielendatabase.
2. Maak een groepsstructuur.
3. Voeg profielen toe aan de groepen.

   Maak één groepsstructuur tegelijk zodat u deze kunt aanpassen.

   Voorbeeld: U kunt bijvoorbeeld één enkele groep met subgroepen hebben voor I-profielen.

4. Sla de wijzigingen op.
5. Exporteer alleen de groepsstructuur.

   Voeg een beschrijvende prefix toe aan het geëxporteerde groepenbestand.

   Voorbeeld: IProfiles.ProfileCatalog.Groups.xml

6. Verwijder de groepsstructuur alleen voor de groep die u hebt geëxporteerd en herhaal dan de stappen voor andere groepen.
7. Kopieer de groepsbestanden naar de map Profil\Profiles in de modelmap, of de map die is gedefinieerd in de variabele XS_PROJECT, XS_FIRM of XS_PROFDB.

1. Open de nieuwe profielendatabase.
2. Selecteer profielen en wijs materiaaltypen toe.

   • Gebruik filters en de opties Zoekresultaten of Alle profielen.

   • We raden aan één materiaaltype tegelijkertijd toe te wijzen zodat u ze kunt aanpassen. Wijs bijvoorbeeld alleen het materiaaltype staal toe aan de profielen.

3. Sla de wijzigingen op.
4. Open de map <model_folder>\profil\profiles en voeg een beschrijvende prefix toe aan het bestand ProfileCatalog.MaterialTypes.xml.

   Voorbeeld: Steel.ProfileCatalog.MaterialTypes.xml

   Als u meer dan één materiaaltype tegelijkertijd toewijst, voeg dan een prefix toe die alle materiaaltypen bevat.

   Voorbeeld: SteelAndConcrete.ProfileCatalog.MaterialTypes.xml

5. Verplaats dit bestand naar een aparte map.
6. Herhaal de stappen voor andere materiaaltypen.
7. Kopieer de materiaaltypebestandn naar de map Profil\Profiles in de modelmap, of de map die is gedefinieerd in de variabele XS_PROJECT, XS_FIRM of XS_PROFDB.