Verstek (41)

Tekla Structures
Aangepast: 29 okt 2024
2024
Tekla Structures

Verstek (41)

Verstek (41) verbindt twee liggeruiteinden.De liggeruiteinden zijn gefit op een hoek die een gemiddelde is van de eindhoeken van de ligger.Er kan tussen de verbonden onderdelen een plaat worden gemaakt.

Gemaakte objecten

  • Eindplaten

  • Coupplaten

  • Schotjes

  • Bouten

  • Lassen

Gebruiken voor

Situatie Beschrijving

Liggeruiteinden zijn gefit.

Liggeruiteinden zijn gefit. Buisprofielen worden gebruikt.

Volgorde van selectie

  1. Selecteer het hoofdonderdeel (ligger).

  2. Selecteer het aansluitende onderdeel (balk).

    De verbinding wordt automatisch gemaakt als het aansluitende onderdeel wordt geselecteerd.

Onderdeelidentificatiecode

Beschrijving

1

Eindplaat

2

Coupplaat

3

Schotje

Tabblad Afbeelding

Gebruik het tabblad Afbeelding om de geometrie van de verbinding te definiëren.

Afmetingen

Beschrijving

1

Definieer de opening tussen de onderdelen.

De opening wordt aan beide zijden van de eindplaat gemaakt.

2

Definieer de randafstand van de eindplaat vanaf de bovenzijde van het aansluitende onderdeel.

3

Definieer de randafstand van de eindplaat vanaf de onderzijde van het hoofdonderdeel.

4

Definieer de randafstand van de eindplaat tot aan de linker- en rechterrand van het aansluitende onderdeel.

Tabblad Onderdelen

Gebruik het tabblad Onderdelen om de eigenschappen van de eindplaten, coupplaten en schotjes te definiëren.

Onderdelen

Onderdeel Beschrijving

Plaat

Dikte, breedte en hoogte van de eindplaat.

Plaat 2

Dikte, breedte en hoogte van de aansluitende eindplaat.

Coupprofiel

Selecteer het coupprofiel in de profielendatabase.

Lijfplaat coup

Dikte van de verticale coupplaat.

Flensplaat coup

Dikte en breedte van de horizontale coupplaat.

Coupprofiel 2

Selecteer het profiel van de tweede coupplaat in de profielendatabase.

Lijfplaat coup 2

Dikte van de tweede verticale coupplaat.

Flensplaat coup 2

Dikte en breedte van de tweede horizontale coupplaat.

Schotjes 1

Dikte, breedte en hoogte van het kolomschotje.

Schotjes ligger

Dikte, breedte en hoogte van het kolomschotje.

Optie

Beschrijving

Standaard

Pos.nr.

Prefix en startnummer voor het positienummer van het onderdeel.

Sommige componenten hebben een tweede rij met velden waarin u het positienummer van het merk kunt invoeren.

Het standaard startnummer van het onderdeel wordt gedefinieerd in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Materiaal

Materiaalkwaliteit.

Het standaardmateriaal wordt gedefinieerd in het vak Materiaal van onderdelen in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Naam

De naam die in tekeningen en lijsten wordt weergegeven.

Afwerking

Beschrijft hoe het oppervlak van het onderdeel is behandeld.

Tabblad Parameters

Gebruik het tabblad Parameters om de plaatposities en -afmetingen te definiëren.

Plaatposities en -afmetingen

Beschrijving

1

Opening tussen de eindplaten.

U kunt de opening als een afstand of als een hoek definiëren.

2

Selecteer of de opening als een afstand of als een hoek (graden) wordt gedefinieerd.

De opening wordt standaard als een afstand gemaakt.

3

Hoogte van de coupplaat

4

Opening tussen de schotjes en de liggerflenzen

5

Randafstand van het schotje tot de couprand

6

Lengte van de coupplaat

7

Grootte van de afwerking van de coupplaat

Parallelle uitsnijdingen coupuiteinde

Als u het coupprofiel uit de profielendatabase hebt geselecteerd, kunt u selecteren dat de coupuiteinden parallel worden uitgesneden.

Afwerkingsmaatlijnen

1

Horizontale afmeting van de afwerking

2

Verticale afmeting van de afwerking

Type afwerking

Optie

Beschrijving

Standaard

Lijnvormige afwerking

AutoDefaults kan deze optie wijzigen.

Geen afwerking

Lijnvormige afwerking

Bolvormige afwerking

Holvormige afwerking

Tabblad Bouten

Gebruik het tabblad Bouten om de afmetingen van de boutgroepen en de bouteigenschappen te definiëren.

Afmetingen van de boutgroep

Beschrijving

1

Aantal bouten.

2

Boutafstand.

Gebruik een spatie als scheidingsteken tussen de waarden voor de boutafstand. Voer een waarde in voor elke afstand tussen de bouten. Voer bijvoorbeeld twee waarden in als er drie bouten in zitten.

3

Maatlijn voor de verticale positie van de boutgroep.

4

Selecteer hoe de afmeting voor de verticale positie van de boutgroep moeten worden gemeten.

  • Boven: vanaf de bovenrand van het aansluitende onderdeel tot de bovenste bout.

  • Midden: vanaf de hartlijn van de bouten tot de hartlijn van het aansluitende onderdeel.

  • Onder: vanaf de onderrand van het aansluitende onderdeel tot de onderste bout.

5

Maatlijn voor de horizontale positie van de boutgroep.

6

Selecteer hoe de afmetingen voor de horizontale positie van de boutgroep moeten worden gemeten.

  • Links: vanaf de linkerrand van het aansluitende onderdeel tot de bout uiterst links.

  • Midden: vanaf de hartlijn van het aansluitende onderdeel tot aan de hartlijn van de bouten.

  • Rechts: vanaf de rechterrand van het aansluitende onderdeel tot de bout uiterst rechts.

Basiseigenschappen van bouten

Optie

Beschrijving

Standaard

Boutdiameter

Boutdiameter.

Beschikbare diameters worden in de boutsamenstellingendatabase gedefinieerd.

Boutnorm

De boutnorm die in de component moet worden gebruikt.

Beschikbare normen worden in de boutsamenstellingendatabase gedefinieerd.

Tolerantie

De ruimte tussen de bout en het gat.

Draad in mat

Hiermee definieert u of de draad van de bout zich in de geboute onderdelen kan bevinden.

Deze optie heeft geen effect wanneer er bouten met volledige draad worden gebruikt.

Ja

Montage/werkplaats

Locatie waar de bouten moeten worden bevestigd.

Montage

Sleufgaten

U kunt sleufgaten, oversized gaten of tapgaten definiëren.

Optie

Beschrijving

Standaard

1

Verticale maat van sleufgat.

0 heeft een rond gat als resultaat.

2

Horizontale maat van sleufgat of speling van oversized gaten.

0 heeft een rond gat als resultaat.

Gattype

Met Sleufgat maakt u sleufgaten.

Oversized maakt oversized gaten.

Geen gat maakt geen gaten.

Tapgat maakt tapgaten.

Roteer sleufgaten

Als het type gat Sleufgat is, worden de sleufgaten met deze optie gedraaid.

Sleufgat in

Onderde(el)(len) waarin sleufgaten worden gemaakt. De opties zijn afhankelijk van de betreffende component.

Boutsamenstelling

Met de selectievakjes wordt gedefinieerd welke componentobjecten (bout, ringen en moeren) in de samenstelling van de bout worden gebruikt.

Als u alleen een gat wilt maken, moet u alle selectievakjes uitschakelen.

Als u de boutsamenstelling van een bestaande component wilt aanpassen, schakelt u het selectievakje Effect bij wijzigen in en klikt u op Wijzigen.

Extra boutlengte

Definieer hoeveel de bout langer moet worden. Gebruik deze optie bijvoorbeeld wanneer diverse verflagen een langere boutlengte vereisen.

Zigzagsgewijze plaatsing van bouten

Optie

Beschrijving

Standaard

Niet zigzagsgewijs

AutoDefaults kan deze optie wijzigen.

Niet zigzagsgewijs

Zigzagtype 1

Zigzagtype 2

Zigzagtype 3

Zigzagtype 4

Tabblad Afwerkingen

Gebruik het tabblad Afwerkingen om de afwerkingstypen en afmetingen voor de afwerkingen van de coupplaat te definiëren.

Vellingkanten

U kunt elke afwerking afzonderlijk definiëren.

Tabblad Gaten

Gebruik het tabblad Gaten om de gaten te definiëren die in de eindplaten worden gemaakt.

Maatlijnen voor gaten

U kunt de gaten voor de eindplaat van het hoofdonderdeel en de eindplaat van het aansluitende onderdeel afzonderlijk definiëren.De waarden voor de eindplaat van het hoofdonderdeel worden als de eindplaat van het aansluitende onderdeel gebruikt.

Optie Beschrijving

Definieer de afmetingen van de groep gaten in de dakligger.

Definieer de afmetingen van de groep gaten in de coup.

Optie Beschrijving

Boutnorm

Selecteer de boutnorm.

Bouttype

Selecteer het bouttype om de locatie te definiëren waar de bouten moeten worden bevestigd.

Gegevens lezen van

U kunt selecteren of u het definitiebestand sinkholes.dat wilt gebruiken om de standaardwaarden voor horizontale en verticale offsets en de diameters voor bovenste en onderste gaten te definiëren.

Het bestand wordt in de volgende volgorde gezocht: Staalmap van de omgeving Common van het systeem (..\Environments\common\system\Steel), de modelmap, de map XS_FIRM, XS_PROJECT en XS_SYSTEM.

U kunt ook selecteren of u de gaten in het componentendialoogvenster wilt definiëren.

Tabblad Algemeen

Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:

Tabblad Algemeen

Tabblad Berekening

Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:

Tabblad Berekening

Tabblad Berekening

Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:

Tabblad Berekening

Lassen

Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:

Lassen maken

Was dit nuttig?
Vorige
Volgende