Kolom-ligger 1 (37)

Tekla Structures
Aangepast: 11 dec 2023
2024
Tekla Structures

Kolom-ligger 1 (37)

Kolom-ligger 1 (37) verbindt een ligger met een kolomkop met een aan de kolomkop gelaste eindplaat en gebout aan de onderste flens van de aansluitende ligger. De verbinding maakt ook schotjes aan het lijf van het aansluitende onderdeel en de optionele rechthoekige volgplaten.

Gemaakte objecten

  • Eindplaten

  • Schotjes

  • Volgplaten

  • Bouten

  • Lassen

Gebruiken voor

Optie Beschrijving

Rechthoekige ligger die met een geboute eindplaat met een kolom is verbonden.

Sloped ligger die met een geboute eindplaat met een kolom is verbonden.

Volgorde van selectie

  1. Selecteer het hoofdonderdeel (kolom).

  2. Selecteer het aansluitende onderdeel (ligger).

    De verbinding wordt automatisch gemaakt als het aansluitend onderdeel wordt geselecteerd.

Onderdeelidentificatiecode

1

Eindplaat

2

Schotje

Tabblad Afbeelding

Gebruik het tabblad Afbeelding om de geometrie van de verbinding te definiëren.

Posities van de eindplaten

Beschrijving Standaard

1

Afstand van de rand van de eindplaat tot de flens van het hoofdonderdeel.

2

Afstand van de rand van de eindplaat vanaf de flens van het aansluitende onderdeel.

U kunt de grootte van de eindplaat van de kolom instellen in de richting van de as van het aansluitende onderdeel. Bij positieve waarden wordt de rand van de eindplaat naar het midden verplaatst.

-10 mm

3

Afstand van de rand van de eindplaat tot de flens van het hoofdonderdeel.

4

Afstand tussen de eindplaat en het aansluitende onderdeel.

Maatlijnen van de rand van de eindplaat

Beschrijving

1

Breedte van de eindplaat vanaf de rand van het aansluitende onderdeel

2

Breedte eindplaat vanaf de rand van het hoofdonderdeel

Tabblad Onderdelen

Gebruik het tabblad Onderdelen om de onderdeeleigenschappen te definiëren.

Platen

Optie Beschrijving Standaard

Eindplaat 1

Dikte van de eindplaat van het hoofdonderdeel.

De helft van de schroefdiameter

De breedte wordt gedefinieerd door de horizontale randafstanden van de boutgroep.

De hoogte wordt gedefinieerd door de randafstanden van de plaat vanaf de linker- en rechterrand van de kolom.

Schotjes

Dikte, breedte en hoogte van het schotjes.

De standaardwaarde voor de dikte van het schotje is 1,5*dikte van het liggerlijf van de aansluitende ligger naar boven afgerond op: 8, 10, 12, 16, 20, 25, 30, 35, 40, 45, enzovoort.

Als u de breedte niet definieert, wordt de breedte van een schotje gebaseerd op de flensbreedte.

De hoogte is gelijk aan de afstand tussen de flenzen van de aansluitende liggers.

Eindplaat 2

Dikte van de eindplaat van het aansluitende onderdeel.

De grootte van de plaat is gebaseerd op de afmetingen van het aansluitende onderdeel. U kunt de afmetingen op het tabblad Afbeelding definiëren.

1,5* de lijfdikte van de aansluitende ligger naar boven afgerond: 8, 10, 12, 16, 20, 25, 30, 35, 40, 45, enzovoort.

Volgplaten

Dikte, breedte en hoogte van de volgplaten.

Volgplaten zijn kleine rechthoekige platen die als ringen tussen de boutkop en aansluitende liggerflens worden gebruikt.

Als u geen waarde voor de dikte invoert, worden de platen niet gemaakt.

Optie

Beschrijving

Standaard

Pos.nr.

Prefix en startnummer voor het positienummer van het onderdeel.

Sommige componenten hebben een tweede rij met velden waarin u het positienummer van het merk kunt invoeren.

Het standaard startnummer van het onderdeel wordt gedefinieerd in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Materiaal

Materiaalkwaliteit.

Het standaardmateriaal wordt gedefinieerd in het vak Materiaal van onderdelen in de categorie Componenten in het menu Bestand > Instellingen > Opties.

Naam

De naam die in tekeningen en lijsten wordt weergegeven.

Afmetingen ronde eindplaat

Definieer de waarde voor het afronden van de maatlijnen van de eindplaat. Als u bijvoorbeeld 5 invoert, dan worden de maatlijnen van de plaat afgerond op de volgende 5 mm, bijvoorbeeld 38 mm tot 40 mm.

Tabblad Parameters

Gebruik het tabblad Parameters om afmetingen van de afwerking en de positie van het schotje te definiëren.

Positie van schotje

Beschrijving

1

Definieer de offset van het schotje vanaf het lijf van het aansluitende onderdeel.

2

Definieer de offset van het schotje vanaf de flens van het hoofdonderdeel.

Schotjes worden standaard op hetzelfde vlak als de kolomflenzen geplaatst. Positieve offsetwaarden verplaatsen schotjes naar rechts en negatieve naar links.

Hoek van het schotje

Optie Beschrijving

Standaard

Schotjes worden parallel aan de kolomflenzen gemaakt.

AutoDefaults kan deze optie wijzigen.

Schotjes worden parallel aan de kolomflenzen gemaakt.

Schotjes worden loodrecht op de flens van de aansluitende ligger gemaakt.

Grootte van de opening

Definieer de maximale grootte voor de opening tussen de eindplaat en de aansluitende ligger. U gebruikt deze wanneer de ligger licht gebogen of schuin is om te besluiten of de hoek zo klein is dat het uiteinde van de ligger haaks kan zijn.

Als de werkelijke opening kleiner is dan deze waarde, blijft het uiteinde van de ligger recht.

Als de werkelijke opening groter is dan deze waarde, wordt het uiteinde van de ligger gefit ten opzichte van de eindplaat.

Optie Beschrijving

Afmeting horizontale opening

Afmeting verticale opening

Afwerkingsgrootte

Beschrijving

1

Horizontale afmeting van de afwerking

2

Verticale afmeting van de afwerking

Type afwerking

Optie

Beschrijving

Standaard.

Lijnvormige afwerking

AutoDefaults kan deze optie wijzigen.

Geen afwerking

Lijnvormige afwerking

Bolvormige afwerking

Holvormige afwerking

Tabblad Bouten

Gebruik het tabblad Bouten om de afmetingen van de boutgroepen en de bouteigenschappen te definiëren.

Afmetingen van de boutgroep

Beschrijving

1

Maatlijn voor de verticale positie van de boutgroep.

2

Selecteer hoe de afmeting voor de verticale positie van de boutgroep moeten worden gemeten.

  • Boven: vanaf de bovenrand van het aansluitende onderdeel tot de bovenste bout.

  • Midden: vanaf de hartlijn van de bouten tot de hartlijn van het aansluitende onderdeel.

  • Onder: vanaf de onderrand van het aansluitende onderdeel tot de onderste bout.

3

Randafstand bouten.

De randafstand is de afstand van het hart van een bout tot de rand van het onderdeel.

4

Aantal bouten.

5

Boutafstand.

Gebruik een spatie als scheidingsteken tussen de waarden voor de boutafstand. Voer een waarde in voor elke afstand tussen de bouten. Voer bijvoorbeeld twee waarden in als er drie bouten in zitten.

6

Maatlijn voor de horizontale positie van de boutgroep.

7

Selecteer hoe de afmetingen voor de horizontale positie van de boutgroep moeten worden gemeten.

  • Links: vanaf de linkerrand van het aansluitende onderdeel tot de bout uiterst links.

  • Midden: vanaf de hartlijn van het aansluitende onderdeel tot aan de hartlijn van de bouten.

  • Rechts: vanaf de rechterrand van het aansluitende onderdeel tot de bout uiterst rechts.

Basiseigenschappen van bouten

Optie

Beschrijving

Standaard

Boutdiameter

Boutdiameter.

Beschikbare diameters worden in de boutsamenstellingendatabase gedefinieerd.

Boutnorm

De boutnorm die in de component moet worden gebruikt.

Beschikbare normen worden in de boutsamenstellingendatabase gedefinieerd.

Tolerantie

De ruimte tussen de bout en het gat.

Draad in mat

Hiermee definieert u of de draad van de bout zich in de geboute onderdelen kan bevinden.

Deze optie heeft geen effect wanneer er bouten met volledige draad worden gebruikt.

Ja

Montage/werkplaats

Locatie waar de bouten moeten worden bevestigd.

Montage

Sleufgaten

U kunt sleufgaten, oversized gaten of tapgaten definiëren.

Optie

Beschrijving

Standaard

1

Verticale maat van sleufgat.

0 heeft een rond gat als resultaat.

2

Horizontale maat van sleufgat of speling van oversized gaten.

0 heeft een rond gat als resultaat.

Gattype

Met Sleufgat maakt u sleufgaten.

Oversized maakt oversized gaten.

Geen gat maakt geen gaten.

Tapgat maakt tapgaten.

Roteer sleufgaten

Als het type gat Sleufgat is, worden de sleufgaten met deze optie gedraaid.

Sleufgat in

Onderde(el)(len) waarin sleufgaten worden gemaakt. De opties zijn afhankelijk van de betreffende component.

Boutsamenstelling

Met de selectievakjes wordt gedefinieerd welke componentobjecten (bout, ringen en moeren) in de samenstelling van de bout worden gebruikt.

Als u alleen een gat wilt maken, moet u alle selectievakjes uitschakelen.

Als u de boutsamenstelling van een bestaande component wilt aanpassen, schakelt u het selectievakje Effect bij wijzigen in en klikt u op Wijzigen.

Extra boutlengte

Definieer hoeveel de bout langer moet worden. Gebruik deze optie bijvoorbeeld wanneer diverse verflagen een langere boutlengte vereisen.

Zigzagsgewijze plaatsing van bouten

Optie

Beschrijving

Standaard

Niet zigzagsgewijs

AutoDefaults kan deze optie wijzigen.

Niet zigzagsgewijs

Zigzagtype 1

Zigzagtype 2

Zigzagtype 3

Zigzagtype 4

Tabblad Gaten

Gebruik het tabblad Gaten om de gaten te definiëren die in de eindplaten worden gemaakt.

Optie Beschrijving

Boutnorm

Selecteer de boutnorm.

Bouttype

Selecteer het bouttype om de locatie te definiëren waar de bouten moeten worden bevestigd.

Gegevens lezen van

U kunt selecteren of u het definitiebestand sinkholes.dat wilt gebruiken om de standaardwaarden voor horizontale en verticale offsets en de diameters voor bovenste en onderste gaten te definiëren.

Het bestand wordt in de volgende volgorde gezocht: Staalmap van de omgeving Common van het systeem (..\Environments\common\system\Steel), de modelmap, de map XS_FIRM, XS_PROJECT en XS_SYSTEM.

U kunt ook selecteren of u de gaten in het componentendialoogvenster wilt definiëren.

Aantal gaten

Optie Beschrijving

Standaard

Geen gaten

AutoDefaults kan deze optie wijzigen.

Geen gaten

1 gat

2 gaten

4 gaten

Posities van de gaten

Beschrijving

1

Horizontale afstand tussen het hart van de eindplaat en het bovenste gat.

2

Horizontale afstand tussen het hart van de eindplaat en het onderste gat.

3

Verticale afstand tussen het hart van de eindplaat en het bovenste gat.

4

Verticale afstand tussen het hart van de eindplaat en het onderste gat.

5

Diameter van het onderste gat.

6

Diameter van het bovenste gat.

Tabblad Algemeen

Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:

Tabblad Algemeen

Tabblad Berekening

Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:

Tabblad Berekening

Tabblad Berekening

Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:

Tabblad Berekening

Lassen

Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:

Lassen maken

Was dit nuttig?
Vorige
Volgende