Plaat gelast/gebout (33)
De plaat (33) verbindt twee liggeruiteinden met een eindplaat die wordt gelast aan het lijf van het hoofdonderdeel en wordt gebout aan het lijf van het aansluitende onderdeel. Liggerlijven bevinden zich in hetzelfde vlak.
Gemaakte objecten
-
Eindplaat
-
Bouten
-
Lassen
Gebruiken voor
Situatie | Beschrijving |
---|---|
Twee liggers verbonden met een eindplaat die wordt gelast aan het hoofdonderdeel en gebout aan het aansluitende onderdeel. Het aansluitende onderdeel kan schuin zijn. |
Volgorde van selectie
-
Selecteer het hoofdonderdeel (ligger).
-
Selecteer het aansluitend onderdeel (balk).
De verbinding wordt automatisch gemaakt als het aansluitende onderdeel wordt geselecteerd.
Onderdeelidentificatiecode
Beschrijving | |
---|---|
1 |
Eindplaat |
Tabblad Afbeelding
Gebruik het tabblad Afbeelding om de verbindingsafmetingen te definiëren.
Afmetingen
Beschrijving | Standaard | |
---|---|---|
1 |
Breedte van het deel van de eindplaat dat is verbonden met het hoofdonderdeel |
Gelijk aan de breedte van het deel van de eindplaat dat is verbonden met het aansluitende onderdeel. De plaat is symmetrisch verbonden met beide liggers. |
2 |
Speling tussen het hoofdonderdeel en het aansluitende onderdeel De speling wordt symmetrisch gemaakt ten opzichte van beide liggers. |
10 mm |
3 |
Randafstand van de eindplaat tot de bovenste en onderste rand van het aansluitende onderdeel Deze maten bepalen de plaathoogte. Breedte wordt gedefinieerd door de horizontale randafstanden van de boutgroep. |
Tabblad Onderdelen
Gebruik het tabblad Onderdelen om de onderdeeleigenschappen te definiëren.
Onderdelen
Optie | Beschrijving | Standaard |
---|---|---|
Plaat |
Dikte van de eindplaat |
De helft van de schroefdiameter |
Optie |
Beschrijving |
Standaard |
---|---|---|
Pos.nr. |
Prefix en startnummer voor het positienummer van het onderdeel. Sommige componenten hebben een tweede rij met velden waarin u het positienummer van het merk kunt invoeren. |
Het standaard startnummer van het onderdeel wordt gedefinieerd in de categorie Componenten in het menu . |
Materiaal |
Materiaalkwaliteit. |
Het standaardmateriaal wordt gedefinieerd in het vak Materiaal van onderdelen in de categorie Componenten in het menu . |
Naam |
De naam die in tekeningen en lijsten wordt weergegeven. |
Tabblad Parameters
Gebruik het tabblad Parameters om de positie van en het aantal eindplaten te controleren.
Positie van de eindplaat
Optie | Beschrijving |
---|---|
Standaard Rechterzijde van het aansluitende onderdeel AutoDefaults kan deze optie wijzigen. |
|
Rechterzijde van het aansluitende onderdeel |
|
Midden, platen aan beide zijden van het aansluitende onderdeel |
|
linkerzijde van het aansluitende onderdeel |
Tabblad Bouten
Gebruik het tabblad Bouten om de afmetingen van de boutgroepen en de bouteigenschappen te definiëren.
Maatlijnen van de boutgroep
Beschrijving | |
---|---|
1 |
Maatlijn voor de verticale positie van de boutgroep. |
2 |
Selecteer hoe de afmeting voor de verticale positie van de boutgroep moeten worden gemeten.
|
3 |
Randafstand bouten. De randafstand is de afstand van het hart van een bout tot de rand van het onderdeel. |
4 |
Aantal bouten. |
5 |
Boutafstand. Gebruik een spatie als scheidingsteken tussen de waarden voor de boutafstand. Voer een waarde in voor elke afstand tussen de bouten. Voer bijvoorbeeld twee waarden in als er drie bouten in zitten. |
Basiseigenschappen van bouten
Optie |
Beschrijving |
Standaard |
---|---|---|
Boutdiameter |
Boutdiameter. |
Beschikbare diameters worden in de boutsamenstellingendatabase gedefinieerd. |
Boutnorm |
De boutnorm die in de component moet worden gebruikt. |
Beschikbare normen worden in de boutsamenstellingendatabase gedefinieerd. |
Tolerantie |
De ruimte tussen de bout en het gat. |
|
Draad in mat |
Hiermee definieert u of de draad van de bout zich in de geboute onderdelen kan bevinden. Deze optie heeft geen effect wanneer er bouten met volledige draad worden gebruikt. |
Ja |
Montage/werkplaats |
Locatie waar de bouten moeten worden bevestigd. |
Montage |
Sleufgaten
U kunt sleufgaten, oversized gaten of tapgaten definiëren.
Optie |
Beschrijving |
Standaard |
---|---|---|
1 |
Verticale maat van sleufgat. |
0 heeft een rond gat als resultaat. |
2 |
Horizontale maat van sleufgat of speling van oversized gaten. |
0 heeft een rond gat als resultaat. |
Gattype |
Met Sleufgat maakt u sleufgaten. Oversized maakt oversized gaten. Geen gat maakt geen gaten. Tapgat maakt tapgaten. |
|
Roteer sleufgaten |
Als het type gat Sleufgat is, worden de sleufgaten met deze optie gedraaid. |
|
Sleufgat in |
Onderde(el)(len) waarin sleufgaten worden gemaakt. De opties zijn afhankelijk van de betreffende component. |
Boutsamenstelling
Met de selectievakjes wordt gedefinieerd welke componentobjecten (bout, ringen en moeren) in de samenstelling van de bout worden gebruikt.
Als u alleen een gat wilt maken, moet u alle selectievakjes uitschakelen.
Als u de boutsamenstelling van een bestaande component wilt aanpassen, schakelt u het selectievakje Effect bij wijzigen in en klikt u op Wijzigen.
Extra boutlengte
Definieer hoeveel de bout langer moet worden. Gebruik deze optie bijvoorbeeld wanneer diverse verflagen een langere boutlengte vereisen.
Zigzagsgewijze plaatsing van bouten
Optie |
Beschrijving |
---|---|
|
Standaard Niet zigzagsgewijs AutoDefaults kan deze optie wijzigen. |
|
Niet zigzagsgewijs |
|
Zigzagtype 1 |
|
Zigzagtype 2 |
|
Zigzagtype 3 |
|
Zigzagtype 4 |
Tabblad Algemeen
Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:
Tabblad Berekening
Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:
Tabblad Berekening
Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling:
Lassen
Klik voor meer informatie op de onderstaande koppeling: