U kunt nu sleufgaten maken waarbij de bout zich niet in het midden van het gat bevindt. Dit soort gaten maakt het verplaatsen mogelijk in verbindingen die onderhevig zijn aan bijvoorbeeld thermische uitzettingen, seismische belastingen of trillingen. De toleranties en offsets van sleufgaten kunnen afzonderlijk in beide richtingen van de gaten- of boutgroep worden gedefinieerd.

In Tekla Structures 2023 hoeft u bouten en elke set met verschillende offsets voor sleufgaten niet meer apart van elkaar te maken, zoals in eerdere versies.

In het eigenschappenvenster Bout in de modelleermodus, naast Sleufgat X en Sleufgat Y, is er nu een Sleuf-offset-vak voor de x-richting en de y-richting van de boutgroep.

Let wel dat het invoeren van een waarde voor Sleuf-offset het sleufgat beweegt en niet de bout.

Met deze nieuwe instellingen in het venster Bout-eigenschappen is de vorige Sleufgaten-instelling niet meer nodig. Deze is verwijderd.

In gebruikerscomponenten kunnen ook sleufgaten met offsets worden gedefinieerd. In systeemcomponenten kunt u de sleufgaten niet ten opzichte van bouten een offset geven. Informatie over sleufgaten met offsets kan in tekeningen en lijsten worden weergegeven en kan in IFC- en NC-bestanden worden geëxporteerd.

In merk- en onderdeeltekeningen worden sleufgaten met of zonder offsets bemaat naar het midden en een kruis geeft het midden van elk sleufgat aan. Echter, in overzichttekeningen geeft een kruis de positie van de bout aan. In zijaanzichten in tekeningen wordt een as weergegeven voor zowel de bout (alleen als de bout aanwezig is) als het sleufgat.

Tapgaten zijn geboorde gaten met schroefdraad. Tapgaten worden bijvoorbeeld gebruikt wanneer er geen toegang is tot de andere kant van een verbinding of geen ruimte om een moer op het uiteinde van een bout aan te brengen of een handrail die moet worden gemonteerd op een ingestorte stalen plaat in een betonnen muur.

Een nieuwe Speciaal gattype optie Tapgat en het vak Gatgrootte kern zijn aan de Bout-eigenschappen toegevoegd. In Gatgrootte kern kunt u de grootte van het voorgeboorde gat van een tapgat definiëren.

Tapgaten kunnen ook met systeem- en gebruikerscomponenten worden gemaakt.

Informatie over tapgaten kan nu naar IFC- en NC-bestanden worden geëxporteerd. U hoeft NC-bestanden niet langer handmatig na te bewerken om de schroefdraadinformatie toe te voegen.

In tekeningen kunnen tapgaten en de bijbehorende informatie met een speciaal label en een specifiek symbool worden weergegeven. Bijvoorbeeld:

Als u blinde gaten maakt die getapt worden, worden details over het boren van het uiteinde van het gat niet opgenomen.

Als verschillende onderdelen met elkaar worden verbonden met een boutgroep of een enkele bout, dan is het voortaan mogelijk om in elk van de onderdelen verschillende gaten te maken. De gaten in een onderdeel kunnen sleufgaten zijn en de gaten in de andere delen kunnen speciale gaten of standaard ronde gaten zijn.

Als u het nieuwe Gebruik dezelfde instellingen voor alle speciale gaten selectievakje in de Bout-eigenschappen uitschakelt, kunt u verschillende speciale boutgaten voor maximaal vijf onderdelen met een boutgroep definiëren. De rest van de verbonden onderdelen (het zesde enzovoort) krijgen reguliere ronde gaten.

Als u het selectievakje Gebruik dezelfde instellingen voor alle speciale gaten selecteert worden de eigenschappen van het speciale gat dat zich het dichtst bij de boutkop bevindt, gebruikt voor alle speciale gaten in de boutgroep.

Deze nieuwe functie is ook in gebruikerscomponenten beschikbaar, maar niet in systeemcomponenten.

Informatie over de verschillende speciale gaten in een boutgroep kan worden getoond met het commando Informatie object opvragen, of met de hieronder vermelde template attributen.

Met de optie Geen gat wordt de boutas gevisualiseerd, maar er worden geen BO-blokken in de DSTV-bestanden gemaakt zoals voorheen.

In tekeningen kunnen verschillende boutgaten met verschillende symbolen en labels worden weergegeven. In dit voorbeeld ziet u een normaal rond gat, een oversized gat, een tapgat en een sleufgat:

U kunt ook bouten filteren op basis van hun gattypen.

Gebruik de volgende nieuwe variabelen om de inhoud van het element Grootte in labels voor tapgaten en oversized boutgaten te definiëren. Er zijn afzonderlijke variabelen beschikbaar voor werkplaats- en montagegaten, en voor productietekeningen en overzichttekeningen.

• XS_SHOP_TAPPEDHOLE_MARK_STRING_FOR_SIZE

• XS_SHOP_TAPPEDHOLE_MARK_STRING_FOR_SIZE_IN_GA

• XS_SITE_TAPPEDHOLE_MARK_STRING_FOR_SIZE

• XS_SITE_TAPPEDHOLE_MARK_STRING_FOR_SIZE_IN_GA

• XS_SHOP_OVERSIZEDHOLE_MARK_STRING_FOR_SIZE

• XS_SHOP_OVERSIZEDHOLE_MARK_STRING_FOR_SIZE_IN_GA

• XS_SITE_OVERSIZEDHOLE_MARK_STRING_FOR_SIZE

• XS_SITE_OVERSIZEDHOLE_MARK_STRING_FOR_SIZE_IN_GA

De volgende nieuwe template-attributen zijn nu beschikbaar voor boutgaten:

• HOLE_TYPE

• HOLE_1_TYPE … HOLE_5_TYPE

• PLAIN_HOLE_TYPE

• SPECIAL_HOLE_1_X … SPECIAL_HOLE_5_X, SPECIAL_HOLE_1_Y … SPECIAL_HOLE_5_Y

  (wordt ook met Informatie object) gebruikt

U kunt deze attributen gebruiken bij het filteren, in lijsten en om bijvoorbeeld labels in tekeningen aan te passen.