Vloeropmaak

• Met Toegestane uitsnijdingszones kunt u definiëren waar een uitsnijding voor elk profieltype mag worden gemaakt. Deze instellingen worden gedefinieerd in het bestand FloorLayout.ini.

  Op het tabblad Geavanceerd kunt u nu Instellingen plaatbreedtes en uitsnijdingszone gebruiken om de FloorLayout.ini te selecteren die de component gebruikt. De lijst bevat alle FloorLayout.ini-bestanden die beschikbaar zijn.

  De optie Standaard is het bestand met de naam FloorLayout.ini. U kunt meerdere instellingen maken en deze instellingen in uw eigen xxxx.FloorLayout.ini-bestand opslaan, bijvoorbeeld MyOtherSetting.floorlayout.ini.

• U kunt nu de toegestane plaatbreedte en de toegestane locaties van uitsnijdingen en lengten in het FloorLayout.ini-bestand definiëren. U kunt dit doen door een lijn toe te voegen in het FloorLayout.ini-bestand dat begint met het sleutelwoord CUT_ZONES, bijvoorbeeld:

  SLAB_WIDTH P32(320X1200) 380-560 660-860 930-1110
  .
  .
  .
  CUT_ZONES P32(320X1200) 360-580 640-880 910-1130

  Als CUT_ZONES niet voor een bepaald plaatprofiel zijn gedefinieerd, worden de zones in een SLAB_WIDTH-regel nu gebruikt voor het uitlijnen van de plaatbreedten en de openingsuitsnijdingen, zoals voorheen.

• Er is een nieuwe knop in de miniwerkbalk Vloeropmaak.

  

  Deze knop is zichtbaar wanneer u de knop hebt geselecteerd om verbindingsopeningen of de plaatrichting te wijzigen. Klik op de nieuwe knop om alle verbindingsopeningen en plaatrichting weer in te stellen op de initiële standaardwaarden die zijn gebruikt toen de vloeropmaak werd gemaakt.

• Er is een nieuwe knop in de miniwerkbalk om een cirkelvormige opening aan de vloeropmaak toe te voegen. Selecteer een middelpunt en de radius om de opening toe te voegen. U kunt rechtstreekse wijziging gebruiken om de opening en offsets bij de opening te wijzigen.

  

  Op het tabblad Standaard offsets kunt u nu de instelling Rondom uitsnijden gebruiken om te bepalen hoe de automatische uitsparingen in de geselecteerde layer worden gemaakt: Op rechthoek of Op vorm. Wanneer u Op vorm selecteert, is de uitsnijdingsvorm hetzelfde als de vorm van het onderdeel. Als de kolom bijvoorbeeld rond is, wordt een ronde uitsnijding gemaakt.

  U kunt ook selecteren dat u de uitsnijding niet wilt maken. Als u Niet maken selecteert, worden er geen automatische uitsparingen in de layer gemaakt.

• Vloeropmaak geeft nu de werkelijke breedte van de plaat en de offsets van het verbindingscentrum in het model weer als de werkelijke breedte anders is dan de vereiste breedte vanwege de beperkingen voor de plaatbreedte.

• Op het tabblad Layer kunt u nu het linkse aankruisvakje gebruiken om te bepalen of het aantal layers en de layer-volgorde worden gewijzigd wanneer u de component Vloeropmaak verandert.

  

Koppelmofwapening, Staaf en anker, Wapening splitsen en koppelmof toevoegen

Op het tabblad Parameters is een nieuwe instelling Aan staafmerk toevoegen.

Als u de koppeling als een submerk aan het staafmerk wilt toevoegen, selecteert u Ja, naar primair staafmerk of Ja, naar secundair staafmerk.

U moet eerst het staafmerk maken, anders is toevoegen niet mogelijk.

De standaardwaarde is Nee.

In Wapening splitsen en koppelmof toevoegen worden met een van de opties Ja nieuwe staafmerken gemaakt voor de nieuwe staven die door het commando splitsen zijn gemaakt.

Doorlopende balkwapening, Hijslussen voor kanaalplaat, Sparing in kanaalplaat, Meerdere staafdiameters wapeningsnetten, Verbindingsdetails toepassen

De standaard onderdeelprefix en het positienummer worden nu correct ingesteld voor alle onderdelen.

Nok oplegging kolom (14), Kolom-balk verbinding (75), 2-zijdige kolom-balk verbinding (76), Kolom-T balk verbinding (77), 2-zijdige kolom-T balk verbinding (78), Instortvoorzieningen (1008), Anker (10), Wand tandoplegging (12), Betonnen console (110), Betonnen console (111), Betonligger-ligger (112)

U kunt nu het opgeslagen bestand met eigenschappen voor gebruikerscomponenten selecteren door de selectieknop te gebruiken.

Hijsanker (80), Elektra in wand (84)

U kunt nu het opgeslagen bestand met eigenschappen voor gebruikerscomponenten selecteren door de selectieknop te gebruiken.

U moet het bestand bijwerken zodat het achterwaarts compatibel is.

Wapening console (81)

U kunt nu de gemaakte wapeningsstaven tot een staafmerk combineren en dit merk ook aan een ander staafmerk toevoegen op basis van het gebiedssnijpunt van deze twee.

Kolom wapening (rond) (82), Kolom wapening (rechthoekig) (83), Rechthoekige gebiedswapening (94)

U kunt nu het tabblad Staafmerk gebruiken om een merk voor de gemaakte wapeningsstaven te definiëren.

Supportligger (88, 89)

Op het tabblad Afbeelding kunt u nu de gemaakte supportliggers toevoegen aan een staafmerk als de supportliggers als wapening zijn gemaakt.

Instortvoorzieningen (8), Instortvoorziening (1008)

Op het tabblad Geavanceerd kunt u nu een staafmerk maken van de wapeningsstaven die rondom de ankers zijn gemaakt.

Netten/Netten op gebied

U kunt nu het tabblad Staafmerk gebruiken om een merk voor de gemaakte wapeningsstaven te definiëren.

Plaatwapeningstool

Vanaf Tekla Structures 2022 is Plaatwapeningstool standaard verborgen in de database Applicaties en componenten. We raden u aan de component Netten te gebruiken om wapening op onregelmatig gevormde betonnen platen te maken.

Vanaf Tekla Structures 2021 SP4:

Plaatsingstools bekisting - Wanden

Het opvulconfiguratiebestand Fillers.csv in Plaatsingstools bekisting - Wanden is verbeterd. U kunt nu het gebruik van de Vulonderdelen (aangepast) configureren, waarvan de breedte kan variëren. Ook kunnen ze parametrisch zijn. Gebruik de nieuwe configuratievelden:

Part1LengthProperty – de naam van de lengte-eigenschap van de gebruikerscomponent van het type Onderdeel. Dit is alleen nodig als de lengte/breedte wordt bepaald door een parameter in plaats van invoerpunten.

Part1LengthMin – de minimale lengte/breedte (de vrije opening om in te vullen) waarin het product past.

Part1LengthMax – de maximale lengte/breedte van het product dat kan worden opgevuld.

Part1HeightProperty – de naam van de parameter voor het gebruikersonderdeel waarmee de hoogte van het gebruikersonderdeel wordt beheerd.

De velden kunnen voor Onderdeel2, Onderdeel3 enzovoort worden ingesteld. Ook kunnen meerdere onderdelen met aparte extra regels worden geconfigureerd. Vervolgens moet u de Leverancier, Familie en Naam hetzelfde als op de eerste regel opslaan.

Vanaf Tekla Structures 2021 SP4:

Plaatsingstools bekisting - Platen en Plaatsingstools bekisting - Wanden.

U kunt nu een bekistingsaccessoire instellen dat moet worden gemaakt als een gebruikerscomponent (zoals voorheen), als een item of als een ligger.

Voor items of liggers is het ook mogelijk om een van de item- of liggereigenschappen of de gebruikersattributen in het configuratiebestand in te stellen door nieuwe kolommen toe te voegen of met de eigenschappenbestanden Save as.

Plaatsingstools bekisting - Platen

• Op het tabblad Paneel zijn er twee nieuwe eigenschappen: Paneelbreedten (in array) en Paneellengten (in array).

  Met deze opties kunt u de grootte van het paneel in de paneelarray wijzigen. Ook kunt u de nieuwe knop Paneelmaatlijnen wijzigen op de contextuele werkbalk gebruiken.

  Daarnaast wordt het voorbeeld van de paneelmatrix nu correct weergegeven wanneer de omkadering en/of de matrix richting en/of het nulpunt (beginpunt) wordt gewijzigd.

• Het TW_TYPE-attribuut wordt nu geschreven voor panelen, stopuiteinden en leuningen.

Kolomliggerplaat 2)

Op het tabblad Bouten kunt u nu definiëren in welke onderdelen de sleufgaten worden gemaakt.

Trap (S71), Trap (S82)

Het is nu mogelijk om boutsamenstellingen op te geven als de 17e parameter en de boutdoordringlengte als de 18e parameter in het bestand steps.dat dat wordt gebruikt voor het opgeven van de andere bouteigenschappen.

Kolom-ligger (186)

Wanneer u de component gebruikt om het aangelaste onderdeel te verbinden met de flens van het hoofdonderdeel en de schotjes de gelaste plaat raken, wordt nu las 5 gemaakt om de schotjes te lassen aan de gelaste plaat.

Trapboom voet detail (1038)

Op het tabblad Bouten kunt u nu de boutrichting definiëren.

V.S. Voetplaat (1047)

U kunt nu het componentattribuutbestand voor gebruikerscomponenten op het tabblad Parameters en het tabblad Ankers selecteren. Voorheen voerde u de bestandsnaam in.

Daarnaast is het maximum aantal tekens voor de velden van de component naam en het attribuutbestand verhoogd.

Zie ook Wijzigingen in het beheer van Tekla Structures.

Voetplaat (1004), Voetplaat met schotjes (1014), Voetplaat met lijfversteviging (1016), Voetplaat (1042), V.S. Voetplaat (1047), Ronde voetplaten (1052), Plaatkolom voetplaat (1068)

Op het tabblad Ankers kunt u nu definiëren of de ondersabelingsmortel recht of schuin wordt gemaakt.

Samengestelde lassen

U kunt nu samengestelde lassen in systeemcomponenten maken. Klik op de knop Lassen in het componenteigenschappen dialoogvenster om het dialoogvenster Laseigenschappen te openen. Voor samengestelde lassen en kunt u twee groottewaarden invoeren.