Onderdeelpositie

Bij het maken van een onderdeel helpen de onderdeelhandles en de onderdeelreferentielijn om de onderdeelpositie te definiëren. U kunt de positie van onderdelen zoals de rotatie aanpassen door de gedeelten Positie en Einde offset in het eigenschappenvenster of de contextuele werkbalk te gebruiken.

Bekijk ook de volgende tips die u helpen om bijvoorbeeld gebogen en horizontale onderdelen te maken en te positioneren:

• Gebogen onderdelen maken
• Horizontale onderdelen maken
• Liggers dicht bij elkaar maken
• Kolommen, betonblokken en orthogonale liggers positioneren
• Identieke gebieden modelleren

Onderdeelgegevens weergeven

Als u geselecteerde onderdeeleigenschappen in het modelvenster wilt weergeven, gebruikt u onderdeellabels. Onderdeellabels zijn tekstomschrijvingen die worden weergegeven naast het onderdeel waarvan ze de eigenschappen weergeven.