Sequencer
Met de tool Sequencer kunt u volgorden maken en oplopende nummers aan onderdelen toewijzen.
U kunt meerdere volgorden voor verschillende doeleinden definiëren en een onderdeel kan bij meerdere volgorden horen. U kunt bijvoorbeeld montagevolgorden maken om de volgorde te definiëren waarin onderdelen moeten worden gemonteerd.
De werking van de Sequencer bestaat uit het toewijzen van een volgnummer aan een gebruikersattribuut (UDA) van een onderdeel. Als u de volgnummers achteraf wilt weergeven en wijzigen, moet u eerst een nieuw gebruikersattribuut maken waaraan u de volgnummers toewijst.
Beperkingen
De Sequencer werkt niet voor objecten die zich binnen een referentiemodel bevinden.
Een volgorde maken
Onderdelen aan een volgorde toevoegen
U kunt nieuwe onderdelen aan het einde van een bestaande volgorde toevoegen. Als u onderdelen in het midden van de volgorde wilt toevoegen, moet u de hele volgorde opnieuw definiëren.
- Klik op het tabblad Beheren op Sequencer.
- Selecteer een reeksnaam in de lijst.
- Klik op OK of Toepassen.
- Selecteer de onderdelen die u wilt toevoegen aan de reeks.
- Als u klaar bent met het toevoegen van onderdelen aan de reeks, klikt u met de rechtermuisknop en selecteert u Interrupt of drukt u op Esc.
De volgorde van een onderdeel controleren
U kunt de naam van de volgorde en het nummer van een onderdeel controleren door het commando Informatie object te gebruiken.
Het volgnummer van een onderdeel wijzigen
U kunt het volgnummer wijzigen dat aan een gebruikersattribuut (UDA) van een onderdeel is toegewezen.
Een volgorde verwijderen
- Klik op het tabblad Beheren op Sequencer.
- Selecteer een reeksnaam in de lijst.
- Klik op Verwijderen en klik vervolgens op Ja.