Staaflayers en andere verbeteringen in stavensets

Tekla Structures
2020
Tekla Structures

Staaflayers en andere verbeteringen in stavensets

Tekla Structures 2020 wordt geleverd met veel nieuwe functies en verbeteringen met betrekking tot stavensets. De commando's voor het maken van de stavenset en staaflayers zijn bijvoorbeeld verbeterd.

Wijzigingen in commando's die stavensets maken

  • Tekla Structures 2020 introduceert een nieuw commando voor het maken van stavensets, Staven op richtlijnen maken. Dit commando is handig wanneer u de stavenset aan meerdere vlakken van een betonnen onderdeel of stortobject wilt maken en meerdere richtlijnen tegelijkertijd wilt toevoegen. Selecteer eerst een of meer vlakken en kies vervolgens punten om een of meer richtlijnenlocaties te definiëren.

  • Het commando Stavenset > Staven in een vlak maken op het tabblad Beton is nu Staven op vlak maken.

    Wanneer u hele objectvlakken met dit commando en de optie wapent, wordt de oriëntatie van de staven nu bepaald door de objectvlakrand die zich het dichtst bij de muisaanwijzer bevindt. De optie maakt de staven parallel aan de rand en de optie loodrecht op de rand.

Verbeteringen in het definiëren en aanpassen van staaflayers

In modelvensters worden layernummers van de stavensetstaaf nu op elk beenvlak weergegeven wanneer u de beenvlakken op zichtbaar instelt en de stavensetstaven selecteert.

U kunt de volgende nieuwe opties gebruiken om de volgorde van de layers van de stavensetstaaf aan te passen. Deze opties zijn beschikbaar op de contextuele werkbalk voor de/het geselecteerde stavenset of beenvlak.

  • Klik op om de staven naar de buitenste laag te verplaatsen.

  • Klik op om de staven één laag naar buiten te verplaatsen.

  • Klik op om de staven één laag naar binnen te verplaatsen.

  • Klik op om de staven naar de binnenste laag te verplaatsen.

In de eigenschappen van Stavenset en Beenvlak set staven is Volgordenummer layer gewijzigd in Layernummer en zijn de pijlknoppen verwijderd.

Wanneer u een stavenset maakt, wordt het Layernummer ervan op Auto ingesteld. Layernummer wordt ook teruggezet naar Auto nadat u een stavenset hebt gewijzigd door een nieuw layernummer in te voeren.

Layergegevens van de staaf rapporteren

Er zijn nieuwe instellingen voor staaflayers in het dialoogvenster Opties in de gebruikersattributen.

  • Gebruik de vakken Layerprefix op het tabblad Dekkingen en locaties in Bestand > Instellingen > Opties > Stavenset om de standaardprefixen voor staaflayers op verschillende vlakken van betonnen onderdelen te definiëren. U kunt bijvoorbeeld het prefix T voor bovenstaven en B voor onderstaven gebruiken.

    U kunt met behulp van het globale coördinatensysteem of het lokale coördinatensysteem van elk onderdeel de prefixen voor vlakken definiëren.

    Gebruik het vlak Koppelingen als u voor staven met vier of meer benen een ander layerprefix wilt definiëren, bijvoorbeeld voor gesloten beugels.

  • Gebruik Layerprefix en Layernummer in de gebruikersattributen van stavensets en eigenschapaanpassers als u de bovenstaande prefixinstellingen die in het dialoogvenster Opties zijn gedefinieerd of de layernummers van specifieke stavenets, beenvlakken of staven moet overschrijven.

De volgende nieuwe templateattributen zijn vervolgens beschikbaar voor het lijsten van de layers van de stavensetstaven:

Gebruik deze templateattributen met de variabele XS_REBARSET_REBAR_LAYER_FORMAT_STRING om te definiëren hoe de layergegevens van de stavensetstaaf in lijsten en tekeningen wordt weergegeven.

Voeg in tekeningen het nieuwe labelelement Layer aan de wapeningslabels van stavensetstaven en/of staafgroepen toe om layergegevens van de staaf weer te geven.

U kunt ook stavensetstaven ook filteren op basis van hun layergegevens. De eigenschap Layer is nu beschikbaar voor de filtervoorwaarden van de categorie Wapeningsstaaf.

Nieuwe instellingen voor het definiëren van betonnen dekkingen

U kunt nu de betonnen dekking van stavensets in betonnen onderdelen definiëren met behulp van het globale coördinatensysteem of het lokale coördinatensysteem van elk onderdeel.

  • Als u de standaard dikte van de betonnen dekking van de stavensets in een model wilt wijzigen, gaat u naar de instellingen Stavenset in het dialoogvenster Opties en gebruikt u het tabblad Dekkingen en locaties om de waarden voor de dikte van de betonnen dekking in verschillende coördinatensystemen en bij verschillende onderdeelvlakken te definiëren.

  • U wijzigt als volgt de dikte van de betonnen dekking van de stavensets in een geselecteerd betonnen onderdeel:

    • Ga naar het gedeelte Betondekkingen voor stavensets in het eigenschappenvenster van het onderdeel.

    • Ga naar het tabblad Stavenset in de gebruikersattributen van het onderdeel.

    Selecteer vervolgens het coördinatensysteem: Globaal of Lokaal. De corresponderende (globale of lokale) standaarddikte van de betonnen dekking in het dialoogvenster Opties wordt voor het onderdeel gebruikt. Als u de lege optie selecteert, worden de globale waarden gebruikt.

    Als u de standaardwaarde op een onderdeelvlak wilt overschrijven, voert u nieuwe waarden in de vakken onder Coördinatensysteem in.

Wijzigingen bij het maken en wijzigen van beenvlakken

  • U kunt nu nieuwe beenvlakken van stavensets maken op basis van hun hoekpunten.

    1. Selecteer een stavenset.

    2. Schakel Aanwijsmodus over naar .

    3. Klik op het contextuele tabblad op het lint op Beenvlak toevoegen.

    4. Wijs punten aan om de beenvlakhoeken aan te geven.

    5. Klik met de middelste muisknop om het aanwijzen van punten te voltooien en het beenvlak te maken.

  • Wanneer u beenvlakken van stavensets kopieert of verplaatst, worden de staven nu automatisch omgedraaid naar de zijde van het beenvlak dat beton bevat.

  • Het commando Beenvlak toevoegen maakt nu slechts één enkel beenvlak per keer op complexere oppervlakken. Op gebogen, driehoekige oppervlakken worden meerdere beenvlakken bijvoorbeeld niet meer in één keer gemaakt.

  • De optie Beenvlakrotatie inschakelen is verwijderd van de contextuele werkbalk voor beenvlakken.

Verbeterde secundaire richtlijnen

U kunt nu in de eigenschappen van de secundaire richtlijnen wanneer Uit hoofdonderdeel overnemen op Ja is ingesteld de waarden Begin offset en Einde offset wijzigen. De afstandswaarden en zonelengtes worden automatisch verschaald door de verhouding tussen de lengte van de secundaire richtlijn en de lengte van de primaire richtlijn.

Was dit nuttig?
Vorige
Volgende